- - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - BEDIENING
Buitentemperatuurmeter (standaarduitvoering)
De buitentemperatuur wordt bij ingescha-
keld contact aangegeven.
Bij temperaturen van +5
oe
tot -5
oe
ver-
schijnt vóór de temperatuur een ijskristal.
Door het gaan branden van het kris-
talsymbool wordt de bestuurder er-
aan herinnerd bijzonder goed op te
passen voor eventueel gladde we-
gen.
Bij stilstaande wagen of bij zeer lage rijsnel-
heid kan de aangegeven temperatuur door
de uitgestraalde warmte van de motor iets
hoger zijn dan de werkelijke buitentempera-
tuur.
Als bij wagens met airconditioning het dis-
play naar
oF
wordt omgeschakeld. wordt de
buitentemperatuurmeter automatisch op
oF
gezet; zie bladzijde 122.
93