Snelheidsregelsysteem
*
Met dit regelsysteem kan, zover het motor-
vermogen resp. de afremming van de mo-
tor het toelaat, elke gewenste snelheid
vanaf ca. 40 km/u constant worden gehou-
den. Hierdoor wordt de rechter voet, vooral
op lange trajecten, ontlast.
Houd er rekening mee dat bij bergachtige
trajecten het snelheidsregelsysteem zijn
natuurkundige grenzen kent. Bij het rijden
van bergachtige trajecten kan de wagen tij-
dens de deceleratiefase soms versnellen,
zodat de gekozen snelheid niet door het
systeem constant kan worden gehouden.
Attentie
Het snelheidsregelsysteem mag
niet bij druk verkeer of op slechte
wegen (b.v. gladheid, aquapla-
ning, grind) worden gebruikt.
Bij snelheden boven ca. 40 km/u en
ingeschakeld
snelheidsregelsys-
teem niet zonder het koppelingspe-
daal in te trappen in de vrij schake-
len! De motor wordt dan op hoge
toeren gejaagd en kan daardoor
eventueel worden beschadigd!
Het regelsysteem wordt met schakelaar A
en knop B aan de knipperlicht- en dimlicht-
hendel bediend.
BEDIENING
Inschakelen
Ingeschakeld wordt het regelsysteem door
schakelaar A naar
EIN
te schuiven.
Snelheid fixeren
Zodra na het inschakelen de vast te houden
snelheid is bereikt, kort op knop B
(FIX)
drukken. De snelheid wordt vastgelegd
Als de snelheid na het vastleggen moet
worden verhoogd, kan het gaspedaal naar
wens worden bediend. Na het loslaten van
het gaspedaal brengt de regeling de wagen
weer naar de voorheen gefixeerde snelheid
terug.
113