Zekeringen
De afzonderlijke stroomcircuits zijn met
smeltzekeringen beveiligd
De zekeringen zitten links naast het stuur-
wiel achter een afdekking
In de rechter rij zijn twee reserve-zekerin-
gen ondergebracht
Bij wagens met dieselmotor zit de zekering
voor het voorgloei systeem onder het ta-
pijt in de voetruimte aan bestuurderszijde
achter een metalen afdekking. Het voor-
gloei systeem is met 80 ampère gezekerd.
De zekering dient alleen door een Audi-dea-
Ier te worden vervangen.
Zekering vervangen
• De betreffende verbruiker uitschakelen.
• Deksel verwilderen.
• Aan de hand van het zekeringenoverzicht
(zie volgende bladzijde) vaststellen, welke
zekering bij de uitgevallen verbruiker hoort
• Kunststof klem -pijl- uit de houder in het
deksel nemen, op de doorgebrande zeke-
ring plaatsen en zekering eruit trekken.
•
Doorgebrande zekering -
herkenbaar
aan doorgesmolten metalen strookje - door
een nieuwe zekering van gelijk amperage
vervangen
• Deksel weer aanbrengen.
TIPS
OM
HET ZELF TE DOEN
Aanwijzingen
•
Brandt een nieuw geplaatste zekering na
korte tijd weer door, moet de elektrische in-
stallatie zo snel mogelijk door een Audi-dea-
Ier worden gecontroleerd.
• Altijd enkele zekeringen als reserve in de
wagen meenemen. Plaatsing; zie linker ko-
lom.
Attentie
In geen geval zekeringen "repa-
reren" of door sterkere vervan-
gen, omdat daardoor beschadi-
gingen op andere plaatsen in de
elektrische
installatie
kunnen
optreden. Onder bepaalde om-
standigheden kan dit zelfs tot
brand leiden.
Kleurcodering
van de zekeringen
Lichtbruin
5 ampère
Rood
.
10 ampère
Blauw
15 ampère
Geel
20 ampère
Transparant (wit)
25 ampère
Groen
.
30 ampère
209