RAADGEVINGEN VOOR HET GEBRUIK
Sneeuwkettingen
•
Sneeuwkettingen verbeteren niet
alleen de voortstuwing op winterse
wegen, maar ook het remgedrag.
• Het gebruik van sneeuwkettingen
IS
om
technische redenen alleen toegestaan oR
velgen met de maat 4Jx14 (inpersdiepte )
35), 4 1/2Jx14 (inpersdiepte
1J35)
en op vel-
gen met de maat 5Jx15 (inpersdiepte
IJ
28)
met gemonteerde 155/65 M+S banden toe-
gestaan.
• Alleen
sneeuwkettingen
met dunne
schakels, die de banden niet meer dan
15 mm (inclusief kettingslot) dikker maken,
gebruiken.
•
Bij het rijden over sneeuwvrije trajecten
moeten de sneeuwkettingen worden gede-
monteerd. Anders beinvloeden ze de weg-
ligging, beschadigen ze de banden en zijn ze
snel versleten.
•
In Duitsland bedraagt de toelaatbare ma-
ximumsnelheid
met
sneeuwkettingen
50 km/u.
1)lnpersdiepte: inpersdiepte in millimeter.
193