Airbagsysteem
Het airbagsysteem biedt als aanvul-
ling op de 3-puntsveiligheidsgordels
een extra bescherming voor het hoofd en
bovenlichaam van de bestuurder en bijrijder
bij zware frontale botsingen.
Bij zware aanrijdingen van opzij wordt het
verwondingsgevaar van de inzittenden aan
de kant van de aanrijding door de zij-airbags
en hoofdairbags* verminderd.
De airbag dient niet ter vervanging van de
veiligheidsgordel maar maakt deel uit van
het totale ontwerp voor de passieve veilig-
heid van de wagen.
Het optimale beschermende effect van het
airbagsysteem wordt alleen in combinatie
met omgegespte veiligheidsgordels be-
reikt.
Daarom moeten de veiligheidsgor-
dels altijd worden gebruikt.
Componenten
Het systeem bestaat hoofdzakelijk
uit:
• het elektronisch regel- en controlesys-
teem (regelapparaat)
• de beide voorairbags
• de zij-airbags
• de linker en rechter hoofdairbag*
Controlelampje
De paraatheid van het systeem wordt
elektronisch bewaakt en met het AIRBAG-
controlelamPJe in het instrumentenpaneel
aangegeven.
Het controlelampje gaat elke keer na het in-
schakelen van het contact enkele seconden
branden en moet na een zelfdiagnose uit-
gaan. Als het controlelampje niet uitgaat of
tijdens het rijden gaat branden, is er een sto-
ring in het systeem; zie" Controlelampjes"
op bladzijde 86
BEDIENING
Attentie
Als er een storing is, dient het
systeem direct door een Audi-
dealer te worden gecontroleerd.
Anders bestaat het gevaar, dat de
airbags en de gordelspanners bij
een ongeluk niet worden geacti-
veerd.
Airbagmodule
De airbags (luchtzak met gasgenerator) zijn
op de hierna beschreven plaatsen inge-
bouwd.
35