Algemene aanwijzingen
• Als u reeds een sleepkabel bezit of van
plan bent een sleepkabel te kopen, dient te
worden gecontroleerd of deze voor uw wa-
gen geschikt is.
• De sleepkabel moet elastisch zijn, zodat
beide wagens gespaard worden. Gebruik
daarom alleen uit synthetische garens ver-
vaardigde kabels. Veiliger is echter het
gebruik van een sleepstang!
Let er steeds op, dat geen ontoelaatbare
trekkrachten ontstaan en geen rukkende
belasting optreedt. Bij slepen over onver-
harde wegen bestaat altijd het gevaar dat de
bevestigingsdelen overbelast en bescha-
digd worden.
•
Alvorens de motor door aansle-
pen te starten, eerst proberen de
accu van een andere wagen als star-
thulp te gebruiken.
• Het contact moet zijn ingeschakeld, op-
dat het stuur niet geblokkeerd is en de knip-
perlichten, de claxon, de ruitenwisser en de
ruitensproeier kunnen worden ingescha-
keld.
• Voor het slepen de versnelling in de vrij
zetten. Handrem loszetten.
• Omdat de rembekrachtiger en de stuur-
bekrachtiging* alleen bij draaiende motor
werken, moet bij niet-draaiende motor het
rempedaal aanmerkelijk steviger worden in-
getrapt en moet bij het sturen meer kracht
worden uitgeoefend.
• Zonder smeermiddel in de versnellings-
bak mag de wagen alleen met opgetilde
aandrijfwielen worden gesleept.
216