Problemen met optionele apparatuur
Symptoom
Een zojuist geïnstalleerde
IBM-optie werkt niet.
Een eerder geïnstalleerde
IBM-optie werkt niet
meer.
Controleer of:
1.
De optie geschikt is voor uw computer.
2.
U zowel de installatie-instructies hebt gevolgd die bij de
optie zijn geleverd als de instructies in Hoofdstuk
5. "Opties installeren" op pagina 33.
3.
Alle optiebestanden juist zijn geïnstalleerd (indien van
toepassing). Zie Hoofdstuk 5. "Opties installeren" op
pagina 33 voor informatie over het installeren van
optiebestanden.
4.
Er geen andere geïnstalleerde opties of kabels zijn
losgeraakt.
5.
U (in het geval de optie een adapter is) voldoende
hardwareresources hebt toegewezen om de adapter
goed te laten functioneren. Informatie over de resources
die voor elke adapter vereist zijn, kunt u vinden in de
documentatie bij de desbetreffende adapter.
6.
U (indien van toepassing) de configuratiegegevens in het
programma IBM BIOS Setup correct hebt bijgewerkt,
zodat er geen conflicten zijn. Meer informatie vindt u in
Hoofdstuk 4. "Het programma IBM BIOS Setup" op
pagina 27.
Als het probleem zich opnieuw voordoet, voert u de
diagnoseprogramma's uit. (Zie "IBM Enhanced Diagnostics
starten" op pagina 64 voor informatie over de
diagnoseprogramma's die bij de computer zijn geleverd.)
Laat de computer en de optie nazien als u het probleem niet
zelf kunt oplossen.
Controleer of alle opties en kabels goed vastzitten.
Als er bij de optie aparte testinstructies zijn geleverd, gebruik
deze dan om de optie te testen.
Laat de computer nazien als u het probleem niet zelf kunt
oplossen.
Handeling
Hoofdstuk 6. Problemen oplossen
61