Pagina 3
Hoofdstuk 4. Het programma IBM BIOS Setup.......... 23 Overzicht van het programma IBM BIOS Setup ..........24 Het programma IBM BIOS Setup starten ............26 De menu's van het programma IBM BIOS Setup .......... 27 Instellingen wijzigen ................29 Wijzigingen ongedaan maken..............30 Opties in het programma IBM BIOS Setup ............
Pagina 4
Het vaste-schijfstation verwijderen (microtower) ........67 De CMOS-instellingen bijwerken ..............68 Hoofdstuk 7. Componenten op de systeemplaat installeren ....69 Onderdelen op de systeemplaat (machinetype 6266, 6270 en 6276) ... 70 PCI-aansluitingen en jumpers ............... 72 Het systeemgeheugen uitbreiden ..............73 De systeembatterij vervangen ...............
Pagina 5
Bijlage B. Modemgegevens ................. 105 De modem bedienen ..................107 Modemopdrachten ..................110 AT-opdrachten ..................111 Waarden voor +MS................113 Uitgebreide AT-opdrachten..............114 V.42bis-opdrachten................115 Responscodes ....................116 S-registers ..................... 117 Bijlage C. Beeldschermterminologie ............119 Trefwoordenregister..................121...
Pagina 7
Kennisgevingen Verwijzing in deze publicatie naar producten (hardware en software) of diensten van IBM houdt niet in dat IBM deze ook zal uitbrengen in alle landen waar IBM werkzaam is. Verwijzing in deze publicatie naar producten of diensten van IBM houdt niet in dat uitsluitend IBM-producten of -diensten gebruikt kunnen worden.
Pagina 8
Veiligheidsrichtlijnen Installatie De constructie van de IBM Personal Computer biedt extra bescherming tegen het risico van een elektrische schok. Het netsnoer van de IBM-computer heeft een stekker met randaarde. Deze is vereist om de metalen onderdelen te aarden. Degene die de computer installeert, moet ervoor zorgen dat de computer wordt aangesloten op een correct bedraad stopcontact met randaarde.
Pagina 9
Veilig werken met de hardware Elke keer dat u de computer opent, moet u bepaalde veiligheidsrichtlijnen in acht nemen om schade aan de computer te voorkomen. Voor uw eigen veiligheid en om beschadiging aan de apparatuur te voorkomen, gaat u bij het verwijderen van de kap van de computer te werk volgens de procedure in “De computer loskoppelen”...
Pagina 10
• Gebruik de telefoon liever niet tijdens onweer (tenzij het een draadloos model is). Er bestaat een (geringe) kans op een elektrische schok door blikseminslag. • Gebruik de telefoon niet om een gaslek te melden als u zich in de buurt van dat lek bevindt. IBM Personal Computer Handboek voor de gebruiker...
Pagina 11
Informatie over de lithiumbatterij In deze computer worden lithiumbatterijen gebruikt. Bij onjuiste Waarschuwing! behandeling van deze batterijen kan er gevaar ontstaan voor brand, explosie of brandwonden. Neem de volgende veiligheidsrichtlijnen in acht: • Laad de lithiumbatterij niet op, haal hem niet uit elkaar, verwarm hem niet en stel hem niet bloot aan open vuur.
Pagina 12
Verklaring van conformiteit met laserrichtlijnen Sommige modellen IBM Personal Computer zijn in de fabriek uitgerust met een CD- ROM- of DVD-station. CD-ROM- en DVD-stations worden ook afzonderlijk verkocht. Het CD-ROM- of DVD-station is een laserproduct. Voor de Verenigde Staten geldt...
Pagina 13
Hoofdstuk 1. Over dit boek Dit Handboek voor de gebruiker bevat algemene informatie die van belang is voor alle gebruikers van een IBM Personal Computer. Als u de computer eenmaal hebt uitgepakt en alle componenten hebt aangesloten, kunt u dit boek gebruiken als uw gids voor de hardware en voor het oplossen van problemen.
Pagina 14
• “Hoofdstuk 4. Het programma IBM BIOS Setup” op pagina 23 Met het programma IBM BIOS Setup kunt u de configuratie van het systeem aanpassen. In dit hoofdstuk leest u hoe dat werkt. • “Hoofdstuk 5. De installatie van hardware voorbereiden” op pagina 39...
Pagina 15
Online informatie: De “online informatie” is toegankelijk via Access IBM, maar is tevens op te roepen via Internet. In het Naslagboekje kunt u lezen hoe u de online informatie via Internet kunt benaderen. Op de computer staan verschillende soorten online documentatie.
Pagina 16
IBM Personal Computer Handboek voor de gebruiker...
Pagina 17
Hoofdstuk 2. Aan de slag In dit hoofdstuk vindt u informatie voor het wijzigen van deze instellingen en het tot stand brengen van verbindingen. • “Het beeldscherm instellen” op pagina 6 • “Het geluidsvolume regelen” op pagina 11 • “Instellingen voor communicatie opgeven” op pagina 14 •...
Pagina 18
Als dit gebeurt, kunt u kijken of het helpt als u de kleur of het patroon van de programma-achtergrond verandert. • Zet het beeldscherm aan het eind van de dag altijd uit. Daarmee verlengt u de levensduur. IBM Personal Computer Handboek voor de gebruiker...
Pagina 19
Energiebesparing In de documentatie bij het beeldscherm kunt u opzoeken of het beeldscherm een functie voor energiebesparing heeft. Een dergelijke functie wordt vaak Display Power Management Signaling (DPMS) genoemd. Als u DPMS gebruikt, gaat het beeld uit nadat u de computer een bepaalde, vooraf ingestelde tijd niet actief hebt gebruikt.
Pagina 20
Uw computer gebruikt minimaal 4 MB systeemgeheugen voor het beeldscherm. U kunt deze hoeveelheid zelf instellen in het programma IBM BIOS Setup. Zie “Hoofdstuk 4. Het programma IBM BIOS Setup” op pagina 23 voor meer informatie. IBM Personal Computer Handboek voor de gebruiker...
Pagina 21
Tips voor het kiezen van de beste beeldschermeigenschappen Kies altijd de instellingen die u het prettigst en het meest comfortabel vindt. De hoogste resolutie en het grootste aantal kleuren zijn niet altijd het beste. Bijvoorbeeld: • Bij hogere resoluties worden er meer beeldpunten (pixels) afgebeeld. Er passen daardoor meer letters en afbeeldingen op het scherm, maar het formaat van die letters en afbeeldingen is ook kleiner.
Pagina 22
4. Typ in het eerste veld: beeldscherm 5. In het onderste vak verschijnt automatisch een lijst van handelingen die met het beeldscherm te maken hebben. Klik op de gewenste handeling en klik op Weergeven. IBM Personal Computer Handboek voor de gebruiker...
Pagina 23
Het geluidsvolume regelen Bij bepaalde modellen kan het geluidsvolume op meer dan één manier worden geregeld: • Met de volumebesturingssoftware die bij de computer is geleverd Dit is de enige manier om het volume van de bij de computer geleverde luidsprekers aan te passen.
Pagina 24
(niet bij alle systemen beschikbaar) of op de lijnuitgang aan de achterkant van de systeemeenheid. De lijnuitgang is te herkennen aan dit symbool: • Bij bepaalde IBM-computers is het CD-ROM-station uitgerust met een hoofdtelefoonaansluiting en een volumeregelaar. Het CD-ROM-station in de computer die u hebt aangeschaft,...
Pagina 25
• U kunt de hoofdtelefoon ook aansluiten op de lijnuitgang aan de achterkant van de systeemeenheid.Deze uitgang wordt ook gebruikt voor de externe luidsprekers. U moet de luidsprekers ontkoppelen om de hoofdtelefoon te kunnen aansluiten. Als u de hoofdtelefoon aansluit op de lijnuitgang, hoort u alle geluiden, of die nu door de computer worden gegenereerd of afkomstig zijn van externe apparaten die op de computer zijn aangesloten (zoals een MIDI-toetsenbord).
Pagina 26
Als uw computer is uitgerust met een data/faxmodem, kan hij communiceren met andere computers en faxapparaten. Bepaalde personal computers van IBM worden kant en klaar met een modem afgeleverd. Is er bij uw systeem wel een modem geleverd maar is die nog niet geïnstalleerd, doe dat dan eerst.
Pagina 27
Zolang de modem in gebruik is, kan de telefoonlijn niet voor andere doeleinden worden gebruikt.Als de lijn wordt onderbroken, stopt de communicatie direct. Zolang de computer gebruik maakt van de telefoonlijn, kunt u de telefoon dus niet van de haak nemen. Als u de functie Wisselgesprek gebruikt, moet u die functie uitschakelen.
Pagina 28
1. Dubbelklik op het bureaublad van Windows op het pictogram Setup MSN Internet Service. 2. Volg de instructies op het scherm. Hebt u hulp nodig, dan kunt u op F1 drukken om online Help op te roepen. IBM Personal Computer Handboek voor de gebruiker...
Pagina 29
De wizard Internet-verbinding Bij de computer wordt een programma gegevens dat u door de hele procedure van het tot stand brengen van een verbinding met Internet loodst. U kunt dit programma (een "wizard") niet alleen gebruiken voor The Microsoft Network, maar ook voor elke andere Internet-provider.
Pagina 30
Het Rapid Access-toetsenbord heeft 104 toetsen. Bepaalde sneltoetsen zijn vooraf ingesteld om bepaalde programma's te starten: Internet, Internet Shopping, IBM Web support, World Book, Option en Help. De vooraf ingestelde functies vindt u op een label boven deze toetsen. Afgezien van de toetsen Help en Standby, die een vaste instelling hebben, kunt u kiezen of u die instelling wilt behouden of dat u de toets in kwestie voor iets anders wilt gebruiken.
Pagina 31
("spaarstand") gaat op basis van de instellingen die u opgeeft. U kunt de instellingen voor energiebeheer opgeven in het programma IBM BIOS Setup. In “Power Management Setup” op pagina 36 wordt uitgelegd hoe u dit doet. De computer ondersteunt de volgende functies voor energiebeheer: •...
Pagina 32
BIOS Setup. 5. Voordat u het programma afsluit, kiest u Save settings in het hoofdmenu. 6. Druk op Esc om het programma IBM BIOS Setup af te sluiten en volg de aanwijzingen op het scherm. IBM Personal Computer Handboek voor de gebruiker...
Pagina 33
8. Voordat u het programma afsluit, kiest u Save settings in het hoofdmenu van het programma IBM BIOS Setup. 9. Druk op Esc om het programma IBM BIOS Setup af te sluiten en volg de aanwijzingen op het scherm. Hoofdstuk 3. Energiebeheer...
Pagina 34
BIOS Setup. 6. Voordat u het programma afsluit, kiest u Save settings in het hoofdmenu. 7. Druk op Esc om het programma IBM BIOS Setup af te sluiten en volg de aanwijzingen op het scherm. IBM Personal Computer Handboek voor de gebruiker...
Pagina 35
Hoofdstuk 4. Het programma IBM BIOS Setup Uw IBM Personal Computer is bij levering volledig geconfigureerd en klaar voor direct gebruik. U kunt de configuratie-instellingen bekijken met behulp van het programma IBM BIOS Setup. Met dit programma kunt u bepaalde configuratie-instellingen ook wijzigen. Als u bijvoorbeeld nieuwe hardware in de computer installeert, kan het nodig zijn om bepaalde instellingen te controleren of bij te werken.
Pagina 36
IBM BIOS Setup handmatig te wijzigen. Als u hardware installeert of verwijdert, kan er een bericht verschijnen waarin u wordt gevraagd om in het programma IBM BIOS Setup te controleren of wijzigingen in de configuratie, die bij de automatische detectie zijn aangebracht, correct zijn.
Pagina 37
Bepaalde opties en instellingen in het programma IBM BIOS Setup worden alleen ter informatie afgebeeld, zoals de gegevens in de menu's System Summary en Product Data. Zie “Het hoofdmenu” op pagina 27 voor meer informatie over deze menu's. Met andere opties kunt u de werking van de computer beïnvloeden. U kunt het programma IBM BIOS Setup bijvoorbeeld gebruiken voor de volgende handelingen: •...
Pagina 38
Het programma IBM BIOS Setup starten Als de computer aan staat U start het programma IBM BIOS Setup als volgt als de computer al aan staat: 1. Sla alle geopende bestanden op, sluit alle programma's, sluit het besturingssysteem af en zet de computer uit.
Pagina 39
De menu's van het programma IBM BIOS Setup Het hoofdmenu van het programma IBM BIOS Setup verschijnt meteen nadat u op F1 hebt gedrukt. Het hoofdmenu Configuration/Setup Utility Select option: System Summary Product Data Devices and I/O Ports Start Options...
Pagina 40
System Summary. In het scherm dat verschijnt, is het niet mogelijk de informatie te wijzigen. Het programma IBM BIOS Setup werkt dit menu automatisch bij op het moment dat • hardware in de computer installeert of vervangt •...
Pagina 41
Instellingen wijzigen In de menu's van het programma IBM BIOS Setup wordt alle informatie die u kunt wijzigen, afgebeeld tussen vierkante haken: [ ]. Informatie die niet tussen dergelijke vierkante haken staat, kan niet worden gewijzigd. Met de toetsen pijl omhoog en pijl omlaag kunt u de opties accentueren.
Pagina 42
Wijzigingen ongedaan maken Het kan gebeuren dat u in het programma IBM BIOS Setup wijzigingen aanbrengt die u liever niet wilt bewaren. U kunt uw wijzigingen als volgt ongedaan maken: 1. Ga terug naar het hoofdmenu van het programma IBM BIOS Setup.
Pagina 43
Opties in het programma IBM BIOS Setup Devices and I/O Ports Met de opties in dit menu kunt u de apparaten en I/O-poorten in de computer configureren. Mouse Hiermee kunt u opgeven of er een muis aangesloten is. Diskette Drive A Met deze optie kunt u opgeven of er een diskettestation is geïnstalleerd als station...
Pagina 44
Selecteer Enabled als u software gebruikt waarvoor deze ondersteuning vereist is. Audio support Met deze optie kunt u de audiofunctie (indien aanwezig) in- en uitschakelen. Network setup Met deze optie kunt u de netwerkfunctie in- en uitschakelen. IBM Personal Computer Handboek voor de gebruiker...
Pagina 45
(POST) fouten worden gevonden. Selecteer een andere optie als u wilt dat het programma IBM BIOS Setup wordt omzeild en er bij fouten in de zelftest een andere opstartvolgorde wordt gebruikt. U kunt dan nog steeds naar het programma IBM BIOS Setup gaan door op F1 te drukken of in het menu van de fout de desbetreffende optie te kiezen.
Pagina 46
Met deze optie kunt u opgeven of er tijdens het opstarten logo's moeten worden afgebeeld. Network Boot F12 Option Met deze optie kunt u opgeven dat het systeem moet worden opgestart vanaf het netwerk als er meteen na het aanzetten op F12 wordt gedrukt. IBM Personal Computer Handboek voor de gebruiker...
Pagina 47
De meeste Plug en Play-adapters maken gebruik van 16-bits decodering van adressen. Als u problemen hebt met een bepaalde Plug en Play-adapter, kan het helpen als u de decodering van adressen instelt op 10-bits. Hoofdstuk 4. Het programma IBM BIOS Setup...
Pagina 48
Als uw besturingssysteem de ACPI BIOS-werkstand ondersteunt en deze werkstand ingeschakeld is, kan het de functies voor energiebeheer besturen. Deze functie bewaakt de hardware van de computer en zorgt daarmee voor automatische energiebesparing. IBM Personal Computer Handboek voor de gebruiker...
Pagina 49
Dankzij deze optie kunt u opgeven voor welke apparaten een wachtwoord is vereist voordat ze kunnen worden opgestart. U kunt voor de volgende apparaten een wachtwoord voor het opstarten instellen: Removable Media Devices Hard Disk Devices. Network Devices. Hoofdstuk 4. Het programma IBM BIOS Setup...
Pagina 50
Andere configuratiesoftware gebruiken Met het programma IBM BIOS Setup kunt u de configuratie-instellingen van de meeste in de fabriek geïnstalleerde hardware bekijken of wijzigen. Installeert u echter nieuwe hardware, dan kan het nodig zijn om andere configuratiesoftware te gebruiken.
Pagina 51
Hoofdstuk 5. De installatie van hardware voorbereiden U kunt diverse soorten hardware installeren of vervangen: adapterkaarten, schijfstations en bepaalde componenten op de systeemplaat. Als u de installatie van de nieuwe hardware goed plant en voorbereidt, kost het installatieproces aanzienlijk minder moeite. Zo bepaalt het type hardware dat u wilt installeren of de computer aan of uit moet staan op het moment dat u begint.
Pagina 52
In dat geval kunt u de systeemresources opnieuw toewijzen met Apparaatbeheer van Windows. Zie het gedeelte “Met Apparaatbeheer van Windows” op pagina 42 voor nadere instructies. Zie ook “Bijlage A. Specificatietabellen” op pagina 97. IBM Personal Computer Handboek voor de gebruiker...
Pagina 53
De installatie plannen U moet precies weten hoe de nieuwe hardware samenwerkt met de bestaande hardware vóórdat u de stekker uit het stopcontact haalt, de kap opent en begint met het verwijderen of installeren van hardware. Noteer bovendien tijdens het werk alle wijzigingen die u aanbrengt.
Pagina 54
Om resourceconflicten tussen systeemapparaten in het Configuratieprogramma op te lossen, gaat u als volgt te werk: 1. Start het Configuratieprogramma. Zie “Het programma IBM BIOS Setup starten” op pagina 26 voor instructies. 2. Kies in het menu van het programma PnP/PCI Option.
Pagina 55
5. Selecteer een apparaat en klik op de knop Eigenschappen. Er verschijnt een venster met een overzicht van de eigenschappen van het apparaat. 6. Breng de gewenste wijzigingen in de instellingen aan, zodanig dat het apparaat geen conflict meer oplevert met andere apparaten. 7.
Pagina 56
5. Ontkoppel alle kabels en snoeren van de computer: netsnoeren, signaalkabels van externe apparaten, communicatiekabels en eventuele andere kabels. 6. Ga naar het volgende gedeelte voor instructies voor het verwijderen van de kap. IBM Personal Computer Handboek voor de gebruiker...
Pagina 57
De kap verwijderen (desktopmodel) Verwijder de kap van de systeemeenheid aan de hand van de volgende aanwijzingen: 1. Draai de schroef los waarmee de kap aan de achterkant van de systeemeenheid vastzit. 2. Houd de kap bij de zijkanten vast en trek hem ongeveer een centimeter naar voren.Til de kap op en neem hem weg.
Pagina 58
Verwijder de kap van de systeemeenheid aan de hand van de volgende aanwijzingen: Raadpleeg “Veiligheidsmaatregelen nemen” op pagina 44 Opmerking: voordat u de volgende stappen uitvoert. 1. Draai de drie schroeven los waarmee de kap aan de achterkant vastzit. IBM Personal Computer Handboek voor de gebruiker...
Pagina 59
2. Houd de kap bij de zijkanten vast en duw hem een paar centimeter naar achteren. Til de kap op en neem hem weg. 3. Raak het metalen frame van de systeemeenheid even aan om de statische elektriciteit in uw lichaam af te voeren. Raak de componenten binnenin het frame niet aan voordat u het frame aangeraakt hebt.
Pagina 60
Verder beschikt de computer over sleuven waarin adapterkaarten kunnen worden geïnstalleerd. U kunt uitsluitend PCI-kaarten (Peripheral Component Interconnect installeren. Hierboven vindt u een afbeelding van de componenten in de systeemeenheid. De cijfers verwijzen naar beschrijvingen op de volgende pagina: IBM Personal Computer Handboek voor de gebruiker...
Pagina 61
Voedingseenheid. De voedingseenheid voorziet het systeem van stroom. Uitbreidingssleuven. Op de systeemplaat bevinden zich drie uitbreidingsaansluitingen voor adapterkaarten die voldoen aan de PCI- specificaties. Deze kaarten worden gewoonlijk kortweg PCI-kaarten genoemd (alleen korte PCI-kaarten passen in de computer). Systeemplaat. De systeemplaat is met schroeven aan de binnenkant van het chassis bevestigd.
Pagina 62
Verder beschikt de computer over sleuven waarin adapterkaarten kunnen worden geïnstalleerd. U kunt uitsluitend PCI-kaarten (Peripheral Component Interconnect installeren. Hierboven vindt u een afbeelding van de componenten in de systeemeenheid. De cijfers verwijzen naar beschrijvingen op de volgende pagina: IBM Personal Computer Handboek voor de gebruiker...
Pagina 63
Uitbreidingssleuven. Op de systeemplaat bevinden zich drie uitbreidingsaansluitingen voor adapterkaarten die voldoen aan de PCI- specificaties. Deze kaarten worden gewoonlijk kortweg PCI-kaarten genoemd. Systeemplaat. Vak 3. In dit vak kan een plat IDE vaste-schijfstation van 3,5 inch worden geïnstalleerd. Bij veel modellen bevindt het in de fabriek geïnstalleerde vaste-schijfstation zich in dit vak.
Pagina 64
IBM Personal Computer Handboek voor de gebruiker...
Pagina 65
Hoofdstuk 6: Adapterkaarten en stations installeren Lees de volgende gedeelten vóórdat u begint met het installeren of verwijderen van hardware in de systeemeenheid: • “Een beeld van de nieuwe hardware krijgen” op pagina 40 In dit gedeelte vindt u informatie over mogelijke resourceconflicten. De nieuwe hardware kan namelijk proberen resources te gebruiken die al zijn toegewezen aan andere hardware.
Pagina 66
Hebt u hulp nodig bij het werken met Apparaatbeheer, dan kunt u op F1 drukken om online Help op te roepen. De wijzigingen die u in Apparaatbeheer aanbrengt, worden pas van kracht nadat u de computer opnieuw hebt opgestart. IBM Personal Computer Handboek voor de gebruiker...
Pagina 67
Werken met de hardware in de systeemeenheid Als u de kap van de systeemeenheid nog niet hebt verwijderd, lees dan eerst “Veiligheidsrichtlijnen” op pagina viii en “De systeemeenheid openen” op pagina 44. Als u zowel een adapterkaart als een station wilt installeren, begin dan met het station en installeer pas daarna de adapterkaart.
Pagina 68
CD-ROM-station. 4. Installeer alle verwijderde hardware weer. Als u kabels of snoeren hebt ontkoppeld om bij de aansluiting voor de adapterkaart op de systeemplaat te kunnen, sluit die dan weer aan. IBM Personal Computer Handboek voor de gebruiker...
Pagina 69
Adapterkaarten installeren en verwijderen (microtower) Op de systeemplaat bevinden zich drie aansluitingen voor PCI-kaarten. Zorg dat u de procedure in “De systeemeenheid openen” op Opmerking: pagina 44 correct hebt uitgevoerd.U hebt de statische elektriciteit dan uit uw lichaam afgevoerd. Adapterkaarten installeren De uitbreidingssleuven in de computer zijn uitsluitend geschikt voor PCI-kaarten.
Pagina 70
In uw computer zijn zowel de IDE- en diskette-aansluitingen op de systeemplaat als de kabelstekkers voorzien van sleufjes en richels, zodat de stekker maar op één manier past. IBM Personal Computer Handboek voor de gebruiker...
Pagina 71
Richtlijnen voor het aansluiten van IDE/ATA-signaalkabels Op de systeemplaat bevinden zich twee aansluitingen voor IDE/ATA-signaalkabels. Op elk van deze aansluitingen kunt u twee IDE/ATA-stations aansluiten, mits u over de juiste kabels beschikt. Als er twee stations zijn aangesloten op een IDE- aansluiting, moet het ene zijn ingesteld als master en het andere als slave.
Pagina 72
4. Zodra de installatie van het nieuwe station voltooid is, start u het Configuratieprogramma en controleert u de instellingen in Apparaten en I/O- poorten. Zie “Hoofdstuk 4. Het programma IBM BIOS Setup” op pagina 23 voor meer informatie. Zodra de installatie van het nieuwe station voltooid is, start u het Configuratieprogramma en controleert u de instellingen.
Pagina 73
Het diskettestation verwijderen (desktopmodel) Als u het diskettestation wilt vervangen of verwijderen, gaat u als volgt te werk: 1. Ontkoppel de signaalkabel en de voedingskabel van de achterkant het station. 2. Trek de grendel omhoog waarmee de montagelade van het station vastzit. 3.
Pagina 74
Als u het diskettestation wilt vervangen, gaat u als volgt te werk: 1. Draai de schroef los waarmee de kap aan de achterkant vastzit. 2. Trek de grendel van de montagebeugel voor het station en de voedingseenheid omhoog en verwijder de montagebeugel. IBM Personal Computer Handboek voor de gebruiker...
Pagina 75
3. Ontkoppel de signaalkabel en de voedingskabel van de achterkant het station. 4. Draai de twee schroeven los waarmee het station in de lade vastzit. 5. Open het deurtje aan de voorkant van de computer. 6. Haal het diskettestation aan de voorkant uit de computer. 7.
Pagina 76
4. Draai de vier schroeven los waarmee het station in de lade vastzit en haal het station uit de lade. 5. Voer deze procedure omgekeerd uit als u een nieuw station wilt installeren. IBM Personal Computer Handboek voor de gebruiker...
Pagina 77
Het CD-ROM-station verwijderen (microtower) U vervangt het CD-ROM-station als volgt: 1. Ontkoppel de voedingskabel, de audiokabel en de signaalkabel van het CD- ROM-station. 2. Draai de schroeven los waarmee het station vastzit. 3. Open het deurtje aan de voorkant van de computer. 4.
Pagina 78
4. Duw de montagelade naar rechts zodat hij loskomt van het chassis en haal de lade uit het chassis. 5. Draai de vier schroeven los waarmee het station in de lade vastzit en haal het station uit de lade. IBM Personal Computer Handboek voor de gebruiker...
Pagina 79
Het vaste-schijfstation verwijderen (microtower) Als u het vaste-schijfstation wilt vervangen of verwijderen, gaat u als volgt te werk: 1. Ontkoppel de signaalkabel en de voedingskabel van het station. 2. Leg de computer op zijn zijkant om bij de schroeven aan de onderkant te kunnen.
Pagina 80
Als u een diskettestation installeert, moet u het formaat en de opslagcapaciteit ervan opzoeken en de bijbehorende wijzigingen aanbrengen in het programma IBM BIOS Setup. Kies daartoe in het menu van het programma IBM BIOS Setup de optie Devices and I/O Ports. Zie “Diskette Drive A” op pagina 31 voor meer informatie over deze optie.
Pagina 81
Hebt u het installeren of verwijderen van hardware eenmaal voltooid en de kap weer aangebracht, dan moet u het programma IBM BIOS Setup starten om de instellingen bij te werken. De systeemplaat is per type machine verschillend. Zorg dat u weet welk type machine u hebt voordat u probeert de onderdelen of aansluitingen op de systeemplaat te herkennen.
Pagina 82
Als u hardware in de computer wilt installeren of vervangen, is het belangrijk om te weten hoe de systeemplaat is opgebouwd. Hieronder ziet u een voorbeeld van de systeemplaat van machinetype 6266, 6270 en 6276. De nummers in de afbeelding verwijzen naar de beschrijvingen op de volgende pagina.
Pagina 83
De systeemplaat, ook wel het moederbord genoemd, is de belangrijkste printplaat in de computer. De systeemplaat zorgt voor de uitvoering van alle basisfuncties en ondersteunt daarnaast een verscheidenheid aan apparaten. Dit geldt zowel voor apparaten die vooraf in de fabriek zijn geïnstalleerd als voor apparaten die u op een later tijdstip zelf installeert.
Pagina 84
1 en 2 kortgesloten, in positie B de pennen 2 en 3. Pen 1 van een jumper is meestal te herkennen doordat er een ononderbroken witte streep naast staat. Positie A Positie B Pen 1 Pen 2 IBM Personal Computer Handboek voor de gebruiker...
Pagina 85
Het systeemgeheugen uitbreiden Op de systeemplaat bevinden zich twee aansluitingen voor geheugenmodules: DIMM 0 en DIMM 1. In deze aansluitingen kunnen Dual Inline Memory Modules (DIMM's) worden geplaatst die 3,3 Volts enkel- of dubbelzijdig synchroon DRAM (SDRAM) bevatten. U kunt maximaal 256 MB systeemgeheugen in deze aansluitingen installeren.
Pagina 86
DIMM weg. Het systeemgeheugen controleren Als u de instellingen van het systeemgeheugen in het programma IBM BIOS Setup wilt controleren, kiest u System Summary in het hoofdmenu. IBM Personal Computer Handboek voor de gebruiker...
Pagina 87
Belangrijk: wordt aangegeven met een plusteken (+). Doe het volgende: 1. Start het programma IBM BIOS Setup. Zie “Het programma IBM BIOS Setup starten” op pagina 26. 2. Kies in het hoofdmenu van het programma IBM BIOS Setup de optie "Standard CMOS Setup".
Pagina 88
3. Stel de datum en tijd in. 4. Sla uw wijzigingen op en sluit het programma IBM BIOS Setup af. 5. Kies Yes met de pijl naar links en druk op Enter om de wijzigingen op te slaan. U kunt de datum en tijd ook instellen vanuit Windows.
Pagina 89
Hoofdstuk 8. Problemen opsporen en oplossen Dit hoofdstuk komt van pas als de computer niet meer werkt of als er een foutbericht wordt afgebeeld. De volgende hoofdonderwerpen komen aan bod: • “Enkele eenvoudige oplossingen” op pagina 78 Hier vindt u een overzicht van algemene problemen die u kunt tegenkomen als u met de computer werkt.
Pagina 90
Als u een contactdoos voor meerdere apparaten gebruikt, controleer dan of deze aangesloten en ingeschakeld is. Als het probleem blijft bestaan, raadpleegt u “Diagram voor probleemoplossing” op pagina 82. IBM Personal Computer Handboek voor de gebruiker...
Pagina 91
Stap 2 Gaf het systeem na het aanzetten een geluidssignaal? Er is een probleem met de systeemeenheid. Zoek Ja, meer dan één de foutcode of het foutbericht op in de paragraaf “Foutcodes en -berichten” op pagina 93 en voer de bijbehorende actie uit.
Pagina 92
• Er verschijnt een kader met een foutcode en een bericht. Volg de instructies in het bericht. Instructies voor het werken met het programma BIOS Setup vindt u in “Het programma IBM BIOS Setup starten” op pagina 26. • Het beeld op het scherm is onleesbaar (het beeld rolt, knippert of flikkert).
Pagina 93
Stap 3 Wordt er iets afgebeeld op het beeldscherm? (vervolg) • De kleuren op het scherm zijn verkeerd. Controleer of de signaalkabel van het beeldscherm goed is aangesloten. Als het probleem blijft bestaan, raadpleegt u “Hardware- en softwareproblemen oplossen” op pagina 83. •...
Pagina 94
Diagram voor probleemoplossing IBM Personal Computer Handboek voor de gebruiker...
Pagina 95
Hardware- en softwareproblemen oplossen Hardwareproblemen Tabel 1: Hardwareproblemen Als dit het probleem is..moet u dit doen: Het scherm is zwart (geen Als u geheugenmodules of adapterkaarten hebt foutcode) en er klonk een geïnstalleerd, controleer dan of dat correct is gebeurd. geluidssignaal tijdens de Instructies voor het installeren van geheugenmodules vindt zelftest (POST).
Pagina 96
5. Dubbelklik op CD-ROM en selecteer het CD-ROM- station in de lijst. 6. Klik op de tab Instellingen. 7. Klik onder Opties op Bericht bij automatisch invoegen (er verschijnt een vinkje). 8. Klik op OK. IBM Personal Computer Handboek voor de gebruiker...
Pagina 97
Voor instructies raadpleegt u “Werken met de hardware in de systeemeenheid” op pagina 55. 6. Controleer in het programma IBM BIOS Setup of het diskettestation ingeschakeld is. (Kies Advanced Options -> Security Options.) Diskette kan niet 1.
Pagina 98
Plaats de bal en het klepje weer terug. Draai het plaatje weer vast. f. Sluit de muiskabel weer aan. g. Zet de computer aan. 5. Zet de systeemeenheid uit, wacht 10 seconden en zet hem dan weer aan. IBM Personal Computer Handboek voor de gebruiker...
Pagina 99
8. Als u Wisselgesprek gebruikt, zorg dan dat die functie uit staat. Als de computer wordt 1. Kies in het programma IBM BIOS Setup de optie BIOS aangezet, verschijnt er een Features Setup en controleer of de opstartvolgorde bericht dat u een correct is.
Pagina 100
Integrated Peripherals van het programma IBM BIOS Setup correct is ingesteld. 9. Controleer of de optie Operational Mode van de parallelle poort in het programma IBM BIOS Setup is ingesteld op een werkstand die overeenkomt met die van de printer.
Pagina 101
2. Als de computer niet automatisch uit gaat, controleer dan of het energiebeheer (Power Management) is ingeschakeld in het programma IBM BIOS Setup. Stel de juiste tijd in. Instructies voor het werken met het programma IBM BIOS Setup “Het programma IBM BIOS Setup starten”...
Pagina 102
Button Override < 4 sec. in boekje “Vooraf geïnstalleerde software”. het menu Power Management van het programma IBM BIOS Setup is ingesteld, maar het systeem gaat niet uit als u de aan/uit-knop langer dan vier seconden ingedrukt houdt. IBM Personal Computer Handboek voor de gebruiker...
Pagina 103
Kunt u het probleem zelf niet oplossen, roep dan de hulp in van het IBM PC HelpCenter. Tabel 3: Modemproblemen Als dit het probleem is...
Pagina 104
2. Controleer of RTS/CTS ingeschakeld is. (Maak geen de juiste werkstand voor gebruik van XON/XOFF). terminal-emulatie gebruikt 3. Controleer of de overdrachtssnelheid niet hoger is dan uw computer aankan. IBM Personal Computer Handboek voor de gebruiker...
Pagina 105
Tabel 4: Foutcodes en -berichten Foutcode Foutbericht Herstelprocedure CMOS battery failed Laad de standaardinstellingen in het programma IBM BIOS Setup en start het systeem opnieuw op. CMOS checksum error 1. Controleer of alle apparaten (diskettestation, vaste-schijfstation, toetsenbord, muis, etc.) goed zijn...
Pagina 106
Floppy disk(s) fail (40) Het type diskettestation is onjuist. Controleer de BIOS-instelling. 1701 Hard disk(s) diagnostics fail 1. Controleer in het programma IBM BIOS Setup of de vaste schijf correct is gedefinieerd. 2. Controleer of de kabels van het vaste- schijfstation stevig vastzitten.
Pagina 107
Foutbericht Herstelprocedure 1781 Primary slave hard disk fail 1. Laad de standaardinstellingen in het programma IBM BIOS Setup. 2. Controleer of de jumper van het IDE- station goed staat. 3. Controleer of het IDE-station stroom ontvangt. 4. Controleer of de IDE-kabel goed is aangesloten.
Pagina 108
Op uw computer staat een Herstelprogramma. Dit is een kopie van de inhoud van de vaste schijf die u kunt benaderen door tijdens het opstarten op F11 te drukken. Meer informatie over het Herstelprogramma vindt u in het Naslagboekje dat bij de computer wordt geleverd. IBM Personal Computer Handboek voor de gebruiker...
Pagina 109
In deze tabel zoet u hoe u DIMM-modules (dual inline memory modules) in de aansluitingen met het bijschrift DIMM1 Bank 0 en DIMM Bank 1 kunt plaatsen. In “Onderdelen op de systeemplaat (machinetype 6266, 6270 en 6276)” op pagina 70 kunt u zien waar de DIMM-aansluitingen zich bevinden.
Pagina 110
PCI Ontwikkelings-BIOS 960~1024 kB (0F0000 ~ 0FFFFF) Systeem-BIOS-geheugen (100000 ~ Bovengrens) Hoofdgeheugen Bovengrens ~ 4 GB) PCI-geheugen Bovengrens betekent de maximum hoeveelheid geïnstalleerd Opmerking: geheugen. De bovengrens voor het hoofdgeheugen is 512 MB. IBM Personal Computer Handboek voor de gebruiker...
Pagina 111
I/O-adressen In deze tabel ziet u de hexadecimale adressen voor elk van de I/O-functies van de systeemplaat. Deze informatie is van belang als u een adapterkaart installeert waarvoor u I/O-adressen moet instellen. Tabel 3: Systeem I/O-adressen Adresbereik Functie (hexadecimaal) 000-00F DMA-controller 1 020-021 Interruptcontroller 1...
Pagina 112
Tabel 3: Systeem I/O-adressen (vervolg) Adresbereik Functie (hexadecimaal) 3F7-3F7 Primaire EIDE 3F8-3FF Seriële asynchrone poort 1 0CF8 Configuratie-adresregister 0CFC Configuratiegegevensregister 778-77A Parallel, printerpoort 1 100 IBM Personal Computer Handboek voor de gebruiker...
Pagina 113
Systeeminterrupts In deze tabel ziet u een overzicht van de de systeem-IRQ's (Interrupt ReQuests) en hun functies. Deze informatie is van belang als u een adapterkaart installeert waarvoor u IRQ's moet instellen. In bepaalde gevallen wordt de IRQ gebruikt door het genoemde apparaat.
Pagina 114
Als u een I/ O-apparaat installeert dat gebruik maakt van DMA, kan het nodig zijn een beschikbaar DMA-kanaal te kiezen. Tabel 5: DMA-kanalen DMA-kanaal Toewijzing Beschikbaar Audio Diskettestation Printerpoort Gereserveerd voor systeem Beschikbaar Beschikbaar Beschikbaar 102 IBM Personal Computer Handboek voor de gebruiker...
Pagina 115
Windows. U kunt dergelijke conflicten oplossen door het seriële-poortadres te wijzigen in het programma IBM BIOS Setup of in Apparaatbeheer van Windows. Zie “Serial Port Setup” op pagina 31 of “Resourceconflicten oplossen”...
Pagina 116
In de volgende tabel ziet u een overzicht van de aansluitingen op de systeemplaat. Voor een afbeelding van de plaats van deze aansluitingen raadpleegt u “Onderdelen op de systeemplaat (machinetype 6266, 6270 en 6276)” op pagina 70. Tabel 7: Aansluitingen op de systeemplaat...
Pagina 117
“Veiligheidsrichtlijnen” op pagina viii vóórdat u de modem aansluit op het telecommunicatiesysteem. Bepaalde IBM-computers worden kant en klaar met een modem afgeleverd. Als er in uw computer bij levering al een modem geïnstalleerd was, hoeft u de modem alleen aan te sluiten op het telefoonnet. (Als de modem twee RJ11C-aansluitingen heeft, kunt u er tevens een telefoon op aansluiten.) De firmware van het systeem is...
Pagina 118
• TIA/EIA 578 Klasse 1 faxopdrachtenset • IS-101 spraakopdrachtenset • V.42bis (gegevenscompressie) • V.42 (foutcorrectie) • MNP5 (gegevenscompressie) • TIA/EIA 602 AT-opdrachtenset • V.8 opstartvolgorde • MNP2-4 foutcorrectie • Personal Computer 99 logo 106 IBM Personal Computer Handboek voor de gebruiker...
Pagina 119
De modem bedienen Algemene functies, zoals een nummer kiezen, bestanden overbrengen en faxen, kunt u uitvoeren met behulp van de bij de computer geleverde communicatiesoftware. Informatie over het configureren van de communicatiesoftware vindt u in “De communicatiesoftware configureren” op pagina 15. Ondanks de aanwezigheid van deze geavanceerde communicatiesoftware blijft het mogelijk de modem te bedienen met behulp van zg.
Pagina 120
Voor binnenkomende gesprekken kan het handig zijn de waarde van S-register S10 te verhogen. Meer informatie vindt u in “S-registers” op pagina 117. 108 IBM Personal Computer Handboek voor de gebruiker...
Pagina 121
De communicatiesoftware bepaalt hoe de modem omgaat met Wisselgesprek. Voor specifieke instructies kunt u de documentatie van de software raadplegen. Als er bij levering al faxsoftware op de computer geïnstalleerd was, vindt u in de online Help en in de andere documentatie van die software aanvullende informatie. Informatie over de modem 109...
Pagina 122
Als een opdracht wordt opgegeven zonder parameters, wordt deze geacht te zijn opgegeven met de parameter “0”. Voorbeeld: Enter Hiermee wordt het luidsprekervolume van de modem verlaagd. 110 IBM Personal Computer Handboek voor de gebruiker...
Pagina 123
AT-opdrachten Tabel 1: AT-opdrachten Opdracht Functie Inkomend gesprek beantwoorden De laatst opgegeven opdracht wordt herhaald. Opmerking: Typ vóór deze opdracht geen AT en druk na de opdracht niet op Enter. 0-9, A-D, # en * L = laatste nummer opnieuw kiezen P = pulskiezen T = toonkiezen W = wachten op tweede kiestoon...
Pagina 124
Gelijk aan X0, plus alle CONNECT-responsen/blind kiezen Gelijk aan X1, plus detectie kiestoon Gelijk aan X1, plus detectie in-gesprektoon/blind kiezen Alle responsen plus detectie van kiestoon en in-gesprektoon Gebruikersprofiel opnieuw instellen en ophalen 112 IBM Personal Computer Handboek voor de gebruiker...
Pagina 125
Waarden voor +MS Tabel 2: Waarden voor +MS +MS=<carrier>,<autowerkstand>,<min verzendsnelheid>,<max verzendsnelheid>,<min ontvangstsnelheid>,<max ontvangstsnelheid> <carrier>= B103 voor Bell 103 (300 bps) B212 voor Bell 212 (1200 bps) V21 voor V.21 (300 bps) V22 voor V.22 (1200 bps) V22B voor V.22bis (1200-2400 bps) V23C voor V.23 V32 voor V.32 (4800 &...
Pagina 126
Verbinding verbreken en modem laten terugkeren naar Opdrachtwerkstand na wisseling van DTR &F Standaard fabriekconfiguratie laden &G0 Guardtoon uitschakelen &G1 Guardtoon van 550 Hz inschakelen &G2 Guardtoon van 1800 Hz inschakelen &V Actieve profielen bekijken 114 IBM Personal Computer Handboek voor de gebruiker...
Pagina 128
Het nummer dat gebeld werd, heeft niet binnen de time- outperiode opgenomen Connect xxxx Verbinding met 2400 bps Delayed Het kiezen is vertraagd Blacklisted Het nummer staat op de zwarte lijst Faxverbinding Data Gegevensverbinding +FC error Faxfout 116 IBM Personal Computer Handboek voor de gebruiker...
Pagina 129
S-registers S-registers zijn geheugengebieden in de modem. De AT-opdrachtenset gebruikt deze S-registers voor het configureren van modemopties. Sommige S-registers hebben een standaardinstelling. Voor normaal modemgebruik voldoen de standaardinstellingen uitstekend. Onder speciale omstandigheden kan het echter nodig zijn bepaalde instellingen te wijzigen. Als u de waarde van een S-register wilt lezen of wijzigen, begint u de opdracht met de letters AT.
Pagina 130
0-255 /seconden Tijd voor wegvallen carrier 1-255 /10den van een seconde Snelheid bij toonkiezen 50-255 /milliseconden Detecteringstijd voor 0-255 /50sten van een escapeteken seconde Tijdsperiode voor flashkiezen 0-255 /100sten van een seconde 118 IBM Personal Computer Handboek voor de gebruiker...
Pagina 131
Bijlage C. Beeldschermterminologie Bij het doorlezen van de documentatie van uw beeldscherm en de informatie over het beeldscherm in dit boek, kunt u bepaalde technische termen tegenkomen. Mochten deze termen nieuw voor u zijn, raadpleeg dan de onderstaande tabel. Tabel 1: Beeldschermterminologie Term Definitie horizontale frequentie...
Pagina 132
120 IBM Personal Computer Handboek voor de gebruiker...
Pagina 133
85 starten 26 toetsenbord werkt niet 85 systeemgegevens bekijken 28 wachtwoord invoeren lukt niet 84 boek, opbouw 1 hoofdtelefoonvolume regelen 12 CD-ROM-station 51 I/O-adressen 99 aansluitingen 58 IBM BIOS Setup, zie BIOS Setup communicatie-instellingen opgeven 14 IDE-aansluitingen 59...
Pagina 134
Internet 16 verbinding via de wizard Internet- schijfstations 33, 48, 50 verbinding 17 aansluitingen op de systeemplaat 58 verbinding via The Microsoft Network installeren en verwijderen 58 signaalkabels 58 IRQ's 101 seriële-poortadressen 103 signaalkabels aansluiten 60 kleurenpalet 8 IDE/ATA 59 softwareproblemen computer gaat niet naar Standby 89 lezen van diskette of CD lukt niet 84...