6.0 BEDIENING via ethernet
Exact dezelfde instellingen die beschikbaar zijn met behulp van het aanraakscherm zijn ook beschikbaar met behulp
van een browser die is verbonden met het ethernet-IP-adres van de controller. De controller kan aangesloten zijn op
een Local Area Network (LAN), rechtstreeks op de ethernetpoort van een computer, of op de systeemserver van het
VTouch-accountmanagement.
6.1
Aansluiten op een LAN
Sluit de netwerkkaart van de controller aan op het LAN met behulp van een CAT5-kabel met een RJ45-stekker.
6.1.1
Met behulp van DHCP
Met behulp van het aanraakscherm raakt u in het Hoofdmenu de optie Config aan, vervolgens de Netwerk In-
stellingen en daarna de DHCP Instellingen. Raak Ingeschakeld aan en vervolgens het Bevestigen-pictogram.
Na een hernieuwde start van de controller keert u terug naar Config, vervolgens naar Netwerk Details om het Regelaar
IP Adres te bekijken dat door het netwerk aan de controller is toegewezen.
6.1.2
Met behulp van een vast IP-adres
Met behulp van het aanraakscherm raakt u in het Hoofdmenu de optie Config aan, vervolgens de Netwerk In-
stellingen en daarna de DHCP Instellingen. Raak Uitgeschakeld aan en vervolgens het Bevestigen-pictogram.
Schakel de controller opnieuw in. Wanneer DHCP al Uitgeschakeld is, kunt u deze stap overslaan.
Met behulp van het aanraakscherm raakt u in het Hoofdmenu de optie Config aan, vervolgens de Netwerk In-
stellingen en daarna de Regelaar IP Adres. Voer het IP-adres in dat door de beheerder van het LAN is opgegeven en
raak vervolgens het Bevestigen-pictogram aan. Herhaal de procedure voor de instellingen van Netwerk Netmask en
Netwerk Gateway. Schakel de controller opnieuw in.
6.2
Rechtstreeks aansluiten op een computer
Sluit de netwerkkaart van de controller aan op de computer met behulp van een CAT5-kabel met een RJ45-stekker.
Volg de bovenstaande instructies om de controller een vast IP-adres te geven dat compatibel is met de netwerkin-
stellingen van de computer.
Open een browser en type het numerieke IP-adres van de controller in de adresbalk van de webpagina. Het aanmeld-
ingsscherm moet kort daarop worden weergegeven. De standaard gebruikersnaam is admin en het standaardwachtwoord
is 5555. De standaard View-Only Gebruikersnaam is user en het standaardwachtwoord is 1111. Deze kunnen en moeten
in het menu Config worden gewijzigd onder Veiligheidsinstellingen.
6.3
Door de webpagina's bewegen
Vanuit elke computer die rechtstreeks aangesloten is op de controller, of zich in hetzelfde netwerk als de controller
bevindt, opent u een browser en type het numerieke IP-adres van de controller in de adresbalk van de webpagina in. Het
aanmeldingsscherm moet kort daarop worden weergegeven. De standaard gebruikersnaam is admin en het standaard-
wachtwoord is 5555. De standaard View-Only Gebruikersnaam is user en het standaardwachtwoord is 1111. Deze
kunnen en moeten in het menu Config worden gewijzigd onder Veiligheidsinstellingen.
De startpagina wordt weergegeven. Die toont de datum en tijd, eventuele actieve alarmen en de huidige meetwaarden
of status van alle ingangen en uitgangen. Aan de linkerzijde van de pagina ziet u koppelingen naar de selecties van het
Hoofdmenu: Alarmen, Ingangen, Uitgangen en Config. Beweeg de muisaanwijzer over elk menu om de submenu's weer
te geven en klik op het submenu om alle details en instellingen die daaraan gekoppeld zijn, te openen.
89