Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Onguard B600 Series Bedieningshandleiding pagina 70

Inhoudsopgave

Advertenties

Gain
Proportionele Gain
Integratie Tijd
Integratie Gain
Differentiatie Tijd
Differentiatie Gain
Reset PID Integratie
Min Uitgang
Max Uitgang
Max Snelheid
Ingang
Richting
Ingang Min
Ingang Max
Gain Formule
Wanneer Standaard ingesteld is als de versterkingsvorm, wordt de waarde zonder
eenheid vermenigvuldigd met het totaal van de proportionele, integrerende en differen-
tiërende actie om het berekende uitgangspercentage te bepalen.
Wanneer Parallel is ingesteld als de versterkingsvorm, wordt de waarde zonder eenheid
vermenigvuldigd met de genormaliseerde fout (huidige proceswaarde t.o.v. instelpunt)
om het proportionele element van het berekende uitgangspercentage te bepalen
Wanneer Standaard is ingesteld als de versterkingsvorm, wordt deze waarde verdeeld
in de integrerende component van de genormaliseerde fout (gebied onder de foutcurve)
en vervolgens vermenigvuldigd met de versterking om de integrerende component te
bepalen van het berekende uitgangspercentage.
Wanneer Parallel is ingesteld als de versterkingsvorm, wordt deze waarde ver-
menigvuldigd met de integrerende component van de genormaliseerde fout (gebied
onder de foutcurve) om de integrerende component te bepalen van het berekende
uitgangspercentage.
Wanneer Standaard is ingesteld als de versterkingsvorm, wordt deze waarde ver-
menigvuldigd met de verandering in de fout tussen de huidige uitlezing en de vorige
uitlezing en vervolgens vermenigvuldigd met de versterking om de differentiërende
component van het berekende uitgangspercentage te bepalen.
Wanneer Parallel is ingesteld als de versterkingsvorm, wordt deze waarde vermenigvuld-
igd met de verandering in de fout tussen de huidige uitlezing en de vorige uitlezing om de
differentiërende component van het berekende uitgangspercentage te bepalen.
De integrerende waarde van de PID is een totaal van het geaccumuleerde gebied onder
de foutcurve (huidige integrerende actie). Wanneer deze menu-optie geselecteerd is,
wordt dit totaal teruggezet naar nul en de PID-algoritme wordt teruggezet naar zijn
uitgangstoestand.
Voer de laagst mogelijke pulssnelheid in als een percentage van de maximumsnelheid
die hieronder wordt ingesteld (normaal gesproken 0%).
Voer de hoogst mogelijke pulssnelheid in als een percentage van de maximumsnelheid
die hieronder wordt ingesteld.
Voer hier de maximale pulssnelheid in, die de doseerpomp kan accepteren (bereik 10 –
480 pulsen/minuut).
Selecteer de sensor die door dit relais moet worden gebruikt
Stel de regelrichting in. Deze instelling wordt gebruikt om het teken van de berekende
fout te bepalen (huidige proceswaarde t.o.v. instelpunt) en maakt een flexibele regeling
mogelijk met alleen positieve waarden voor alle PID-regelparameters.
De ondergrens van het ingangsbereik van de sensor, dat gebruikt wordt om fouten om te
zetten in procentwaarden van de volledige schaaleenheden. Deze waarden worden stan-
daard ingesteld in het nominale bereik van de geselecteerde ingangssensor.
De bovengrens van het ingangsbereik van de sensor, dat gebruikt wordt om fouten om te
zetten in procentwaarden van de volledige schaaleenheden. Deze waarden worden stan-
daard ingesteld in het nominale bereik van de geselecteerde ingangssensor.
Selecteer het PID-vergelijkingsformaat dat gebruikt wordt om de regelparameters in te
voeren.
66

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave