Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Inductieve Geleidbaarheid; Alarmonderdrukking - Onguard B600 Series Bedieningshandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

Standaard Temp
Kabellengte
Ø Kabel
Celconstante
Temp-comp.
Comp-factor
Eenheden
Naam
Type
5.2.2

Inductieve geleidbaarheid

Instellingen
Raak het Instellingen-pictogram aan om de instellingen voor de sensor te bekijken of te veranderen.
Alarmen
Dode Band
Reset Kalibratie Waarden
Kal Nodig Alarm

Alarmonderdrukking

Effeningsfactor
Standaard Temp
Installatie Factor
Kabellengte
Ø Kabel
Cellconstante
Temperatuurscompensatie
Compensatie Factor
(Standaardtemperatuur) Als op enig moment het temperatuursignaal niet meer wordt
gedetecteerd, gebruikt de controller de ingestelde standaardtemperatuur voor de
temperatuurcompensatie.
De controller compenseert automatisch voor fouten in de gemeten waarden die het
gevolg zijn van lengteverschillen in de gebruikte kabel.
De kabellengtecompensatie is afhankelijk van de diameter van de draad die wordt
gebruikt om de kabel te verlengen
U mag de celconstante niet wijzigen tenzij u daartoe instructies ontvangt van de fabrikant.
Selecteer tussen de standaard NaCl-temperatuurcompensatiemethode of een lineaire %/
graden C-methode.
Het menu verschijnt alleen wanneer Lineaire temp-comp. is geselecteerd. Wijzig de %/
graden C op basis van het chemische materiaal dat gemeten wordt. Standaardwater is 2%.
(Eenheden) Selecteer de meeteenheden voor de geleidbaarheid.
Hier kunt u de naam aanpassen waarmee de betreffende sensor wordt geïdentificeerd.
Selecteer het type sensor dat moet worden aangesloten.
De alarmgrenswaarden laag-laag, laag, hoog en hoog-hoog kunnen worden ingesteld.
Dit is de dode band voor het alarm. Bijvoorbeeld, als het hoog alarm is ingesteld
op 3000 en de dode band op 10, dan wordt het alarm geactiveerd bij 3000 en weer
gedeactiveerd bij 2990.
Open dit menu om de sensorkalibratie terug te zetten naar de standaardwaarden.
Voor de weergave van een alarmbericht als herinnering om de sensor te kalibreren
volgens een regelmatig schema. Voer hiervoor het aantal dagen tussen de kalibraties
in. Stel deze op 0 in wanneer er geen herinneringen nodig zijn.
Wanneer relais of digitale ingangen geselecteerd zijn, zullen eventuele alarmen
die gerelateerd zijn aan deze ingang worden onderdrukt wanneer het geselecteerde
relais of de geselecteerde digitale uitgang actief is. Dit wordt gewoonlijk gebruikt
om alarmen te voorkomen als er geen monsterstroom langs de digitale ingang van
de debietschakelaar stroomt.
Verhoog de effeningsfactor om de reactie op wijzigingen te dempen. Bij een effen-
ingsfactor van bijv. 10% zal de volgende uitlezing bestaan uit een gemiddelde van
10% van de vorige waarde en 90% van de huidige waarde.
(Standaardtemperatuur) Als op enig moment het temperatuursignaal niet meer
wordt gedetecteerd, gebruikt de controller de ingestelde standaardtemperatuur
voor de temperatuurcompensatie.
U mag de celconstante niet wijzigen tenzij u daartoe instructies ontvangt van de fabrikant.
De controller compenseert automatisch voor fouten in de gemeten waarden die het
gevolg zijn van lengteverschillen in de gebruikte kabel.
De kabellengtecompensatie is afhankelijk van de diameter van de draad die wordt
gebruikt om de kabel te verlengen
U mag de celconstante niet wijzigen tenzij u daartoe instructies ontvangt van de fabrikant.
Selecteer tussen de standaard NaCl-temperatuurcompensatiemethode of een lin-
eaire %/graden C-methode.
Het menu verschijnt alleen wanneer Lineaire temp-comp. is geselecteerd. Wijzig de %/
graden C op basis van het chemische materiaal dat gemeten wordt. Standaardwater is 2%.
47

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave