Veiligheidsvoorschriften
Veiligheidsinstructies
Extra componenten, reserveonderde-
len en slijtende onderdelen
!
Opgelet
Reserveonderdelen en slijtende
onderdelen die niet met de instal-
latie zijn getest, kunnen de wer-
king nadelig beïnvloeden. De
montage van componenten die
niet zijn toegestaan, evenals de
wijziging en ombouw zonder toe-
stemming, kunnen de veilige
werking beïnvloeden en de
garantie beperken.
Bij vervanging uitsluitend origi-
nele onderdelen van Viessmann
of door Viessmann goedge-
keurde onderdelen gebruiken.
Afvoer van warm water
!
Opgelet
Het slib- en zouthoudend afval-
water van ketelinstallaties kan
temperaturen van 100 °C en
meer aangeven.
Stel de installatie zodanig op dat
dit water wordt gekoeld tot een
temperatuur van < 35 °C voordat
het in het riool komt. Voer even-
tueel overleg met het lokale
waterschap of de desbetreffende
gemeentelijke autoriteiten.
Veiligheidstechnische aanwijzingen
Bij dreigende schade moet u de ketel
onmiddellijk uitzetten.
Leef de veiligheidstechnische aanwijzin-
gen na.
4
(vervolg)
Afvoer van optredend condensaat
aan rookgaszijde
!
Afhankelijk van de nationale wetgeving
moet optredend condensaat worden
geneutraliseerd. In dit geval moet u over-
leggen met de verantwoordelijke water-
autoriteiten of de desbetreffende natio-
nale keuringsinstanties.
Opgelet
Bij het starten van de ketelinstal-
latie resp. onder bepaalde
bedrijfsomstandigheden kan er
condensvorming in de rookgas-
afzuigkanalen, in de rookgasver-
zamelkast en de erachter
geplaatste rookgasleidingen,
inclusief schoorsteen, optreden.
Degene die de installatie plaatst,
moet passende inrichtingen aan-
brengen om dit condensaat
gevaarloos af te voeren.