Groene waarschuwingslampjes
Waarschuwingslampje
Betekenis
RICHTINGAANWIJZER LINKS
Het lampje gaat branden wanneer de richtingaanwijzerhendel omlaag wordt gezet of, samen
met de rechter richtingaanwijzer, wanneer de knop voor de alarmknipperlichten wordt ingedrukt.
RICHTINGAANWIJZER RECHTS
Het lampje gaat branden wanneer de richtingaanwijzerhendel omhoog wordt verplaatst of,
samen met de linker richtingaanwijzer, wanneer de knop voor de alarmknipperlichten wordt
ingedrukt.
STADSLICHT EN DIMLICHT
Het lampje gaat branden wanneer het stadslicht of het dimlicht wordt ingeschakeld.
MISTLICHT
Het lampje gaat branden wanneer de mistlampen voor worden ingeschakeld.
CRUISE CONTROL (INDICATIELAMPJE INSTELLING)
Het waarschuwingslampje gaat branden als er een cruise-snelheid is ingesteld.
INDICATIELAMPJE INSTELLING INSTELBARE SPEED LIMITER
Het waarschuwingslampje licht groen op als een snelheid is ingesteld (zie de paragraaf "Speed
Limiter" in het hoofdstuk "Starten en rijden").
66