PORTIEREN
PORTIEREN CENTRAAL
VER-/ONTGRENDELEN
Portiervergrendeling van buitenaf
Druk met gesloten portieren op de knop Á
op de elektronische sleutel of steek de meta-
len baard (in de sleutel) in het portierslot aan
de bestuurderszijde en draai de sleutel.
Alleen als alle portieren gesloten zijn, wordt
de portiervergrendeling ingeschakeld.
Als één of meer portieren zijn geopend, dan
gaan na het indrukken van de knop Á op de
elektronische sleutel de richtingaanwijzers en
de LED op het bestuurdersportier gedurende
3 seconden snel knipperen.
90
Als één of meer portieren zijn geopend nadat de
metalen baard van de elektronische sleutel is ge-
draaid, gaat alleen de LED op het bestuurders-
portier snel gedurende ongeveer 3 seconden snel
knipperen.
Als alle portieren zijn gesloten, maar de bagage-
ruimte is geopend, dan worden de portieren
vergrendeld: de richtingaanwijzers (druk om
alleen te vergrendelen op de knop Á) en de
LED op het bestuurdersportier knipperen snel
gedurende ongeveer 3 seconden.
Via het „Setup-menu" (of bij sommige uitvoe-
ringen via het radio-/navigatiesysteem) van
de auto kan een functie worden geactiveerd,
waardoor, als de knop Ë op de elektronische
sleutel wordt ingedrukt, alleen het bestuurder-
sportierslot wordt ontgrendeld (zie de para-
graaf „Instelbaar multifunctioneel display" in
dit hoofdstuk).
Afb. 79
Als de functie is ingeschakeld (ON), kan het
slot van het portier worden ontgrendeld door
op de knop q (Afb. 79) op de midden-
console te drukken.
Portierontgrendeling van buitenaf
Druk op de knop Á op de elektronische sleu-
tel of steek de metalen baard (in de sleutel)
in het portierslot aan de bestuurderszijde en
draai de sleutel.
A0G0025m