e: Bracketing/flits
e1: Flitssynchronisatiesnelheid
Deze optie bepaalt de flitssynchronisatiesnelheid.
Optie
1/250 sec.
(autom. FP)
1/250 sec.–1/60 sec.
A
Sluitertijd vast instellen op maximale flitssynchronisatiesnelheid
Selecteer, voor het vastzetten van de maximale synchronisatiesnelheid in
de standen sluitertijdvoorkeuze of handmatige belichting, de
eerstvolgende sluitertijd na de langst mogelijke sluitertijd (30 sec. of bulb).
Er wordt een X (aanduiding voor flitssynchronisatie) in de zoeker en het
bovenste bedieningspaneel weergegeven.
A
Automatische snelle FP-synchronisatie
Hiermee is het mogelijk de flitser te gebruiken bij de kortste sluitertijd die
de camera ondersteunt, zodat het maximale diafragma kan worden
gekozen voor een kleine scherptediepte wanneer het onderwerp wordt
verlicht door fel zonlicht. Het informatiescherm voor aanduiding van de
flitsstand geeft "FP" weer als automatische snelle FP-synchronisatie actief is
(0 197).
Gebruik automatische snelle FP-synchronisatie wanneer
een compatibele flitser is bevestigd (0 193). Als er andere
flitsers worden gebruikt, is sluitertijd ingesteld op
Wanneer de camera een sluitertijd van
belichtingsstand e of g weergeeft, wordt automatische
snelle FP-synchronisatie geactiveerd indien de werkelijke
sluitertijd sneller is dan
Flitssynchronisatiesnelheid ingesteld op de geselecteerde
waarde.
G-knop ➜ A Menu persoonlijke instellingen
Beschrijving
1
/
250
1
/
sec.
250
1
/
sec.
250
sec. in de
323
U