Sluitertijd en
diafragmavergrendeling
Sluitertijdvergrendeling is beschikbaar in de standen
sluitertijdvoorkeuze en handmatige belichting,
diafragmavergrendeling in de standen diafragmavoorkeuze en
handmatige belichting. Sluitertijd en diafragmavergrendeling zijn
niet beschikbaar in de belichtingsstand automatisch programma.
1
Sluitertijd en diafragmavergrendeling aan een
camerafunctie toewijzen.
Selecteer Sltertijd en diafragma vergr. als de optie "knop +
instelschijven" in het menu persoonlijke instellingen (0 332).
Sluitertijd en diafragmavergrendeling kunnen worden
toegewezen aan de Fn-knop (persoonlijke instelling f3, Fn-knop
toewijzen, 0 328), de Pv-knop (persoonlijke instelling f4,
Voorbeeldknop toewijzen, 0 333) of het midden van de
secundaire selector (persoonlijke instelling f6, Midden sec.
selector toew., 0 333).
2
Vergrendel sluitertijd en/of diafragma.
Sluitertijd (belichtingsstanden f en h): druk op de geselecteerde knop
en draai aan de hoofdinstelschijf tot de F-pictogrammen in de
zoeker en het bovenste bedieningspaneel verschijnen.
Fn-knop
Druk, om de sluitertijd te ontgrendelen, op de knop en draai aan
de hoofdinstelschijf tot de F-pictogrammen uit de
weergaveschermen zijn verdwenen.
Hoofdinstelschijf
Z
133