2
Selecteer foto's.
Gebruik de multi-selector
om door de foto's op de
geheugenkaart te bladeren
(om afbeeldingen op andere
locaties te bekijken, druk op
W en selecteer de
gewenste kaart en map,
zoals beschreven op pagina
236). Houd de X-knop
ingedrukt om de huidige
foto schermvullend weer te
geven. Druk op de L (Z/
Q)-knop en druk op 1 om
de huidige foto voor
afdrukken te selecteren. De
foto wordt met een Z-
pictogram gemarkeerd en
het aantal afdrukken wordt
ingesteld op 1. Houd de L (Z/Q)-knop ingedrukt, druk op 1 of
3 om het aantal afdrukken (maximaal 99; om de foto te
deselecteren, druk op 3 wanneer het aantal afdrukken 1 is) te
specificeren. Druk op J wanneer alle gewenste foto's zijn
geselecteerd.
3
Selecteer afdrukopties.
Markeer de gewenste opties en druk op
2 om deze in- of uit te schakelen (als u de
afdrukopdracht wilt voltooien zonder
deze informatie in de opdracht op te
nemen, gaat u verder met stap 4).
• Opnamegegevens afdrukken: druk sluitertijd en diafragma af
Q
op alle foto's in de afdrukopdracht.
• Datum afdrukken: druk de opnamedatum af op alle foto's in
de afdrukopdracht.
278
L (Z/Q)-knop
X-knop