Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Omgang Met Zuurstof; Draadloze Communicatie; Reiniging En Onderhoud; Transport En Mobiel Gebruik - Lowenstein Medical LUISA Gebruiksaanwijzing

Verberg thumbnails Zie ook voor LUISA:
Inhoudsopgave

Advertenties

2.1.6 Omgang met zuurstof

De invoer van zuurstof zonder bijzondere bescherm-
inrichting kan brand veroorzaken en personen letsel
toebrengen.
⇒ Gebruiksaanwijzing van het zuurstof-invoersys-
teem in acht nemen.
⇒ Zuurstofbron op een afstand van meer dan 1 m
van het apparaat opstellen.
⇒ De dosering van de zuurstof wordt bepaald door
een medische professional. De ingestelde zuurstof-
stroomsnelheid mag niet hoger zijn dan de vastge-
legde zuurstofstroomsnelheid.
⇒ Aan het einde van de therapie de zuurstoftoevoer
uitzetten en het apparaat kort door laten lopen om
resterende zuurstof uit het apparaat af te voeren.
⇒ De toegevoerde zuurstofstroomsnelheid (in l/min)
mag niet hoger zijn dan de ingestelde HFT-flow.

2.1.7 Draadloze communicatie

Het apparaat bevat componenten voor de draadloze
communicatie. Als het apparaat in de onmiddellijke
nabijheid van personen en/of andere antennes wordt
gebruikt, kunnen personen letsel oplopen, kan het ap-
paraat beschadigd raken of kan de prestatie van het
apparaat minder worden.
⇒ Apparaat op een afstand van minstens 20 cm tot
alle personen opstellen.
⇒ Apparaat niet samen met andere antennes plaat-
sen of laten werken.

2.1.8 Reiniging en onderhoud

Residuen in het apparaat en de accessoires of bacteri-
ële contaminatie van apparaat en accessoires kunnen
infecties veroorzaken en de patiënt in gevaar bren-
gen.
⇒ Neem het hoofdstuk over de hygiënische voorbe-
reiding in acht
(zie Hygiënische voorbereiding
[} 18]).
⇒ Wegwerpartikelen niet opnieuw gebruiken. Artike-
len voor eenmalig gebruik kunnen zijn gecontami-
neerd en/of in hun werking zijn beperkt.
⇒ Apparaat, componenten, accessoires en reserveon-
derdelen niet gebruiken als ze zijn beschadigd of
als de automatische functietest foutmeldingen af-
geeft.
⇒ Met regelmatige tussenpozen (minstens om de 6
maanden) een functiecontrole uitvoeren
tiecontrole
[} 19]).
⇒ Laat maatregelen zoals reparaties, onderhouds-
beurten en reparatiewerkzaamheden alsmede wij-
zigingen aan het product alleen uitvoeren door de
fabrikant of door servicemedewerkers die door de
fabrikant zijn geautoriseerd.
NL
|
6
2.1.9 Accessoires en reserveonderdelen
⇒ Gebruik alleen accessoires en reserveonderdelen
die in deze gebruiksaanwijzing worden genoemd.
De producten moeten voldoen aan de desbetref-
fende productnorm.
⇒ Gebruik alleen accessoires en reserveonderdelen
van de fabrikant. Als accessoires en reserveonder-
delen van derden (vreemde artikelen) worden ge-
bruikt, vervalt elke aanspraak op garantie en aan-
sprakelijkheid.
⇒ Sluit alleen accessoires aan die zijn bedoeld voor
het gebruik van het apparaat.
⇒ Geen antistatische of elektrisch geleidende slan-
gen gebruiken.
⇒ Ademsysteemfilter regelmatig controleren op ver-
hoogde weerstand en blokkades. Verneveling of
bevochtiging kunnen de weerstand van ademsys-
teemfilters verhogen en daardoor de afgifte van de
therapiedruk veranderen. Om een verhoogde
weerstand en blokkades te voorkomen moet het
ademsysteemfilter vaker worden vervangen.
⇒ Plaats externe ademluchtbevochtigers lager dan
het apparaat en de patiëntaansluitopening. Water
in het apparaat kan het apparaat beschadigen of
de patiënt letsel toebrengen.

2.1.10 Transport en mobiel gebruik

De werking van het apparaat in een willekeurige tas
kan afbreuk doen aan de prestatie van het apparaat
en de patiënt letsel toebrengen. Water en vuil in het
apparaat kunnen het apparaat beschadigen.
⇒ Laat het apparaat bij mobiel gebruik alleen in de
bijbehorende mobiliteitstas werken.
⇒ Apparaat in de bijbehorende beschermtas trans-
porteren en bewaren.
2.1.11 SpO
⇒ Gebruik alleen de SpO
deze gebruiksaanwijzing worden genoemd
cessoires en reserveonderdelen
⇒ Neem voor fotodynamische behandelingen de top-
waarden van golflengten, optische prestatie en het
gebruik in acht (zie gebruiksaanwijzing van de sen-
sor 8000SX).
⇒ Omgevingsinvloeden die afbreuk kunnen doen aan
de werking of nauwkeurigheid van de SpO
(zie Func-
ren controleren en indien mogelijk wegnemen:
overmatige omgevingsverlichting, overmatige be-
weging, storing door elektrochirurgische instru-
menten, vocht in de sensor, verkeerd aangebrach-
te sensor, carboxyhemoglobine, restrictie van de
bloedstroom (door arteriële katheters, bloeddruk-
manchetten, infuusleidingen etc.), verkeerd sen-
sortype, slechte polskwaliteit, veneuze pols, ane-
mie of lage hemoglobineconcentraties, cardiovas-
culaire kleurstoffen, disfunctionele hemoglobine,
-meting
2
-sensoren en -kabels die in
2
[} 36]).
2 Veiligheid
(zie Ac-
-senso-
2

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Lm150td

Inhoudsopgave