13. Laat de tanden (Afb. 200/1) van drijfrondsel
en rijpadfijnzaaiwielen in elkaar grijpen.
14. Schroef het drijfrondsel aan de
overbrengingsas.
15. Laat de tanden (Afb. 201/1) van
slingerveerkoppeling en zaaiastandwiel in
elkaar grijpen.
16. Bevestig de trekveren (Afb. 201/2) aan de
zwenklagers (Afb. 201/3).
17. Controleer de werking van de zaaiwiel-
rijpadenschakeling.
12.16
Bonenzaaiwielen monteren (vakwerkplaats)
1. Trek de afdraaigoten (Afb. 202) naar boven
uit de steun.
D9 BAH0007.3 08.10
Afb. 200
Afb. 201
De bonnenzaaiwielen kunnen afzonderlijk door de zaaiwielen of
samen met een tweede zaaias worden vervangen.
De montage is eenvoudiger als de bonenzaaiwielen op een tweede
zaaias voorgemonteerd zijn. Dan hoeven alleen de zaaiwielen te
worden verwisseld.
Afb. 202
Reinigen, service en onderhoud
155