Instellingen
7. Draai de beide schroeven (Afb. 133/1) los.
8. Stel de lengte van de markeur in op lengte
"A" (zie tabel "Afb. 135", op pagina 111).
9. Verdraai de markeurschijf om de
arbeidsintensiteit van de markeurs zodanig
in te stellen dat zij op een lichte grond
vrijwel parallel aan de rijrichting en op een
zware grond meer op grip zijn ingesteld.
10. Draai de bouten (Afb. 133/1) vast.
11. Herhaal dit voor de tweede markeur.
Alleen zaaimachines met schakelautomaat:
12. Begrens de werkdiepte van de
markeurschijven op ca. 5 cm diepgang
door het omzetten van de ketting (Afb.
134).
13. Borg de ketting met een lunspen (Afb.
134/1).
14. Herhaal dit voor de tweede markeur.
110
Afb. 133
Afb. 134
D9 BAH0007.3 08.10