26 Sleutels, sloten en alarmsysteem ›
plaatsen en aandrukken tot deze hoorbaar vast-
klikt.
Sleutel met uitneembare sleutelbaard
brengen.
›
Het batterijdeksel plaatsen en aandrukken tot deze
hoorbaar vastklikt.
Geheugenfunctie van de sleutel
Werking
Geldt voor wagens zonder personaliseringsfunctie.
Geheugenfunctie van de sleutel
›
De batterij verwijde-
ren.
›
Een willekeurige toets
op de sleutel met radi-
ografische afstandsbe-
diening indrukken, de
sleutel voert een reset
uit.
›
De nieuwe batterij aan-
brengen.
›
Het batterijdeksel
›
De sleutelbaard verwij-
deren en gedeeltelijk in
de opening steken.
›
De sleutelbaard indruk-
ken om de bovenste
afdekking te ontgren-
delen.
›
Het batterijdeksel
openschuiven.
›
Een dunne schroeven-
draaier in de uitsparing
steken en de batte-
A
rij verwijderen.
›
Een willekeurige toets
op de sleutel met radi-
ografische afstandsbe-
diening indrukken, de
sleutel voert een reset
uit.
›
De nieuwe batterij aan-
Bij elke vergrendeling van de wagen worden de in-
stelling van de bestuurdersstoel- en buitenspiegelpo-
sitie opgeslagen in het geheugen van de sleutel
waarmee de wagen is vergrendeld.
Bediening
Opgeslagen stand oproepen
›
De wagen ontgrendelen en het bestuurdersportier
openen.
De bestuurdersstoel en de buitenspiegels nemen de
stand in die in het geheugen van de sleutel is opge-
slagen waarmee de wagen werd ontgrendeld.
Standverandering stoppen
›
Op een willekeurige toets op de in te stellen stoel
drukken.
Of:
›
De toets
op de sleutel indrukken.
Instellingen
Geheugenfunctie van de sleutel activeren en deac-
tiveren
De deactivering of activering van de functie vindt
plaats in het infotainment in het volgende menu.
Of:
Bestuurdersstoel- en buitenspiegelpositie voor het
vooruitrijden opslaan
Het opslaan vindt iedere keer automatisch plaats bij
het vergrendelen van de wagen.
De stoelpositie kan worden opgeslagen als de
hellingshoek van de rugleuning ten opzichte van de
zitting kleiner is dan ongeveer 110° en de stoel zich
niet in een van de eindposities bevindt.
Positie buitenspiegel aan bijrijderszijde voor het
achteruitrijden opslaan
›
De wagen met de sleutel ontgrendelen.
›
Het contact inschakelen.
›
De wegklapfunctie van de spiegel in het infotain-
ment in het volgende menu activeren.
Of:
›
De draaiknop voor de buitenspiegel in de stand
zetten.
›
De achteruitversnelling inschakelen.
›
De spiegel in de gewenste stand zetten.
›
Uit de achteruitversnelling schakelen.
De ingestelde spiegelpositie wordt opgeslagen.