›
De radarsensor voor schoonmaken.
›
De motor afzetten en weer starten.
›
Als Front Assist nog steeds niet beschikbaar is, de
remlichten van de wagen en de aangekoppelde
aanhangwagen controleren.
›
Defecte gloeilampjes vervangen.
›
Als de remlichten werken en Front Assist is nog
steeds niet beschikbaar, de hulp van een specialist
inroepen.
Er kwam een onterechte waarschuwing of sys-
teemingreep voor
›
De radarsensor voor schoonmaken.
›
Als het systeem dan nog steeds niet correct werkt,
Front Assist uitschakelen en de hulp van een speci-
alist inroepen.
Voetgangerherkenning
Werking
De voetgangerherkenning helpt door automatische
remingrepen een aanrijding met overstekende voet-
gangers te voorkomen.
Statusweergave op het display van het instrumen-
tenpaneel
of
brandt - Aanrijdingsgevaar
Aanrijdingsgevaar bij een snelheid tussen
5-30 km/h
Het systeem zet een automatische remming in.
Aanrijdingsgevaar bij een snelheid tussen
30-60 km/h
Het systeem waarschuwt eerst voor het aanrijdings-
gevaar. Indien de bestuurder niet reageert, wordt de
wagen automatisch afgeremd.
Werkingsvoorwaarden
✓ Front Assist geactiveerd.
✓ Rijsnelheid tussen 5-60 km/h.
Snelheidsbegrenzer
Werking
De snelheidsbegrenzer regelt de maximum rijsnel-
heid overeenkomstig de ingestelde snelheidslimiet.
Als bij bergafwaarts rijden de grenswaarde wordt
overschreden, de wagen met het rempedaal afrem-
men.
Als er geen snelheidslimiet is ingesteld, wordt de actuele snelheid als snelheidslimiet ingesteld.
1)
Bestuurdershulpsystemen ›
Statusweergave op het display van het instrumen-
tenpaneel
brandt - De snelheidsbegrenzer is geactiveerd
Bij het starten van de regeling wordt
ven en de ingestelde grenswaarde getoond.
brandt - De regeling is actief
knippert - De ingestelde limiet is overschreden
Werkingsvoorwaarden
✓ De rijsnelheid is hoger dan 30 km/h.
Bediening
Variant zonder snelheidsregelsysteem
A
Begrenzer activeren (regeling inactief)
Begrenzer deactiveren
Regeling onderbreken (tegen de veer-
druk in)
B
Regeling weer hervatten
C
Regeling met de actuele snelheid starten /
limiet verlagen
Variant met snelheidsregelsysteem
A
Snelheidsregelsysteem activeren (voorwaar-
de voor de aansluitende activering van de be-
grenzer)
Om de snelheidsbegrenzer te activeren, de
toets
indrukken en in het instrumentenpaneel
D
het menupunt Snelheidsbegr. selecteren.
Voetgangerherkenning
187
weergege-
1)
/ limiet verhogen