SQEx 05.2 – SQEx 14.2 / SQREx 05.2 – SQREx 14.2
AMExC 01.1
5.2.2.
Kabels aansluiten
Gevaarlijke spanning!
Elektrische schok mogelijk.
Vóór het openen spanningsvrij schakelen.
1.
Boutjes [2] losdraaien en het deksel [1] verwijderen.
De aansluitruimte [4] is in de beschermingswijze Ex e (verhoogde veiligheid)
uitgevoerd. De drukvaste ruimte (beschermingswijze Ex d) blijft daarbij gesloten.
2.
Kabelwartels met een Ex e-keurmerk en geschikt voor de aansluitkabels
monteren.
De op het typeplaatje vermelde beschermingsgraad IP... is slechts dan
gegarandeerd, indien geschikte kabelwartels worden toegepast. Voorbeeld:
typeplaatje beschermingsgraad IP68.
3.
Niet benodigde kabelingangen met voor de beschermingsgraad geschikte en
goedgekeurde blindpluggen afsluiten.
4.
De aan te sluiten kabels door de kabelwartels invoeren.
Tabel 7: Dwarsdoorsneden aansluitkabels en aandraaimomenten
Type
Vermogensklemmen (U1, V1,
W1)
Aardeaansluiting (PE)
Signaalcontacten (1 tot 38)
1)
met kleine klemringen
Corrosiegevaar door vorming condenswater!
Na de montage het toestel direct inbedrijfstellen zodat het verwarmingselement
de vorming van condenswater kan verminderen.
1.
Verwijder over een lengte van 120 - 140 mm de mantel van de kabel.
2.
Aders afstrippen.
Besturing max. 8 mm, motor max. 12 mm
3.
Bij flexibele kabels: eindhulzen (massakrimp) volgens DIN 46228 gebruiken.
4.
Kabels volgens het schakelschema (conform opdracht) aansluiten.
Informatie : 2 aders per klem is toegestaan.
Bij toepassing van motorkabels met een kabeldoorsnede van 1,5 mm²:
voor het aansluiten op de klemmen U1, V1, W1 en PE kleine klemringen
toepassen (de kleine klemringen bevinden zich bij uitlevering in het deksel
van de E-aansluiting).
Dwarsdoorsneden
aansluitkabels
1)
(1,5)
2,5 – 6 mm²
(flexibel of massief)
0,75 – 1,5 mm²
(flexibel of massief)
Elektrische aansluiting
Aandraaimomenten
2 Nm
1 Nm
19