13.44 Beschrijving regelmethode . . . . . . . . 1381
13.45 Ondersteund foutadvies . . . . . . . . . 1381
14.
Keuze van de regelmodus . . . . . . . 1382
15.
Bussignaal . . . . . . . . . . . . . . . . 1383
16.
Prioriteit van instellingen . . . . . . . . 1384
17.
Grundfos Eye . . . . . . . . . . . . . . 1385
18.
Signaalrelais . . . . . . . . . . . . . . . 1387
19.
Een communicatie-interfacemodule
installeren . . . . . . . . . . . . . . . . 1389
20.
Identificatie van functionele module. . 1391
21.
Identificatie van bedieningspaneel . . 1391
22.
De positie van het bedieningspaneel
wijzigen . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1392
23.
Het product onderhouden of repareren 1393
23.1 Motor . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1393
23.2 Pomp . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1393
24.
Het product reinigen . . . . . . . . . . 1394
25.
Isolatietest . . . . . . . . . . . . . . . . 1394
26.
Technische gegevens,
eenfasemotoren . . . . . . . . . . . . . 1394
26.1 Voedingsspanning . . . . . . . . . . . . 1394
26.2 Lekstroom . . . . . . . . . . . . . . . . . 1394
27.
Technische gegevens, driefasen
motoren. . . . . . . . . . . . . . . . . . 1395
27.1 Voedingsspanning . . . . . . . . . . . . 1395
27.2 Lekstroom, AC . . . . . . . . . . . . . . 1395
28.
Ingangen en uitgangen . . . . . . . . . 1396
29.
Overige technische gegevens . . . . . 1397
29.1 Aanhaalmomenten . . . . . . . . . . . . 1398
29.2 Geluidsbelasting . . . . . . . . . . . . . 1399
30.
Fabrieksinstellingen. . . . . . . . . . . 1400
31.
Het product afvoeren . . . . . . . . . . 1402
1. Symbolen die in dit document
gebruikt worden
GEVAAR
Geeft een gevaarlijke situatie aan die,
als deze niet wordt vermeden, zal
resulteren in de dood of in ernstig
persoonlijk letsel.
‐
WAARSCHUWING
Geeft een gevaarlijke situatie aan die,
als deze niet wordt vermeden, zou
kunnen resulteren in de dood of in
ernstig persoonlijk letsel.
‐
VOORZICHTIG
Geeft een gevaarlijke situatie aan die,
als deze niet wordt vermeden, zou
kunnen resulteren in licht of
middelzwaar persoonlijk letsel.
‐
Tips en advies om het werk gemakkelijker
te maken.
Als deze instructies niet in acht worden
genomen, kan dit resulteren in technische
fouten en schade aan de installatie.
Een blauwe of grijze cirkel met een wit
grafisch symbool geeft aan dat een actie
moet worden uitgevoerd.
Een rode of grijze cirkel met een diagonale
balk, mogelijk met een zwart grafisch
symbool, geeft aan dat een actie niet moet
worden uitgevoerd of moet worden
gestopt.
1315