8. Papier en toner bijvullen
Enveloppen plaatsen
Soorten enveloppen
Enveloppen met een
opening aan de zijkant
Selecteer bij het plaatsen van enveloppen "Envelop" als papiertype met behulp van zowel
[Instellingen papierlade] als het printerstuurprogramma, en geef de dikte van de enveloppen aan.
Voor meer informatie, zie de handleiding Afdrukken.
Aanbevolen enveloppen
Neem contact op met uw lokale dealer voor informatie over aanbevolen enveloppen.
Voor meer informatie over het formaat van de enveloppen dat u kunt plaatsen, zie Pag. 130
"Aanbevolen papierformaten en -soorten".
• Plaats alleen enveloppen van hetzelfde formaat en soort.
• De duplexfunctie kan niet worden gebruikt in combinatie met enveloppen.
• Voor een betere uitvoerkwaliteit, raden wij u aan om de voorste en achterste invoerzijde op ten
minste 15 mm (0,6 inch) in te stellen en de linker- en rechtermarges op ten minste 10 mm (0,4
inch).
• De afdrukkwaliteit van enveloppen kan onregelmatig zijn als delen van de enveloppen
verschillende diktes hebben. Druk een of twee enveloppen af om de afdrukkwaliteit te controleren.
• Strijk afdrukken glad als ze zijn gevouwen of omgekruld.
• Controleer of de enveloppen niet vochtig zijn.
• Een hoge temperatuur en een hoge vochtigheidsgraad reduceren de afdrukkwaliteit en zorgen
ervoor dat de enveloppen gaan kreukelen.
• Afhankelijk van de omgeving kan het kopiëren of afdrukken op enveloppen deze kreukelen, zelfs
als ze zijn aanbevolen.
138
Lade 1
• Flappen: gesloten
• Onderkant van enveloppen:
naar de rechterkant van het
apparaat
• Te bedrukken zijde: naar
boven
Handinvoer
• Flappen: gesloten
• Onderkant van enveloppen:
naar de rechterkant van het
apparaat
• Te bedrukken zijde: naar
beneden