8. Papier en toner bijvullen
Normale formaten specificeren op het bedieningspaneel
1.
Druk op [Home] (
2.
Veeg het scherm naar links en druk vervolgens op het pictogram [Gebruikerstools] ( ).
3.
Druk op [Instellingen papierlade].
4.
Druk op [Papierformaat handinvoer].
5.
Selecteer het papierformaat.
6.
Druk op [OK].
7.
Druk op [Gebr.instellingen] (
8.
Druk op [Home] (
Een aangepast papierformaat opgeven met het bedieningspaneel
1.
Druk op [Home] (
2.
Veeg het scherm naar links en druk vervolgens op het pictogram [Gebruikerstools] ( ).
3.
Druk op [Instellingen papierlade].
4.
Druk herhaaldelijk op [ ] totdat [Papierformaat handinvoer] wordt weergegeven.
5.
Druk op [Papierformaat handinvoer].
6.
Druk op [Ang.fr].
Indien er al een aangepast formaat is ingesteld, drukt u op [Wijzigen].
7.
Druk op [Horizontaal].
128
) onderaan in het midden van het scherm.
).
) onderaan in het midden van het scherm.
) onderaan in het midden van het scherm.