8. Papier en toner bijvullen
4.
Druk herhaaldelijk op [ ] totdat [Papierformaat handinvoer] wordt weergegeven.
5.
Druk op [Papierformaat handinvoer].
6.
Selecteer het papierformaat.
7.
Druk op [OK].
8.
Druk op [Gebr.instellingen] (
9.
Druk op [Home] (
• Controleer of de stapel niet hoger is dan de limietmarkering aan de binnenzijde van de lade.
• Druk de stapel enveloppen niet met te veel kracht aan.
• Zorg dat de randen van de enveloppen onder de zijgeleiders blijven.
• Na het instellen van het papierformaat selecteert u "Envelop" als papiertype met
Gebruikersinstellingen en printerstuurprogramma en stelt u de dikte van enveloppen in. Voor meer
informatie, zie de handleiding Afdrukken.
Enveloppen in lade 1 plaatsen
1.
Trek de papierlade er voorzichtig uit en stel de papierformaatwijzer in op " ".
120
).
) midden onderin het scherm.
DUP101