VOORZORGSMAATREGEL
VERMIJD blootstelling van uw pomp aan
temperaturen onder 40 °F (5 °C) of boven 99 °F
(37 °C). Insuline kan bij lage temperaturen
bevriezen en bij hoge temperaturen degraderen.
Insuline die blootgesteld is geweest aan
omstandigheden buiten de door de fabrikant
aanbevolen waarden, kan de veiligheid en
prestaties van de pomp aantasten.
VOORZORGSMAATREGEL
VERMIJD onderdompeling van uw pomp in een
vloeistof met een diepte van meer dan 3 foot
(0,91 meter) of gedurende meer dan
30 minuten (IPX7-classificatie). Als uw pomp
is blootgesteld aan vloeistof voorbij deze
limieten, controleer dan op tekenen van het
binnendringen van vloeistof. Staak het gebruik
van de pomp en neem contact op met de
technische klantondersteuning als u tekenen
van het binnendringen van vloeistof ziet.
VOORZORGSMAATREGEL
VERMIJD plaatsen waar ontvlambare
anesthetica of explosieve gassen aanwezig
kunnen zijn. De pomp is niet geschikt voor
gebruik op deze plaatsen en er bestaat een
explosiegevaar. Verwijder uw pomp voordat u
een van deze plaatsen binnengaat.
Hoofdstuk 2 – Belangrijke veiligheidsinformatie
VOORZORGSMAATREGEL
ZORG ERVOOR dat u binnen de lengte van de
USB-kabel blijft wanneer u bent aangesloten op
de pomp en op een oplaadbron. Als u verder
gaat dan de lengte van de USB-kabel, kan de
canule uit de infusieplaats worden getrokken.
Om deze reden wordt aanbevolen om de pomp
niet op te laden terwijl u slaapt.
VOORZORGSMAATREGEL
ONTKOPPEL de infuusset van uw lichaam
tijdens ritten op hoge snelheid of met hoge
krachten in een attractiepark of kermis. Snelle
veranderingen in hoogte of zwaartekracht
kunnen van invloed zijn op de toediening van
insuline en letsel veroorzaken.
VOORZORGSMAATREGEL
ONTKOPPEL de infuusset van uw lichaam
voordat u vliegt in een vliegtuig zonder
gereguleerde cabinedruk of in een vliegtuig dat
wordt gebruikt voor kunstvliegen of
gevechtssimulaties (met of zonder gereguleerde
cabinedruk). Snelle veranderingen in hoogte of
zwaartekracht kunnen van invloed zijn op de
toediening van insuline en letsel veroorzaken.
VOORZORGSMAATREGEL
RAADPLEEG uw zorgverlener over
veranderingen van levensstijl zoals
gewichtstoename of -verlies en het beginnen of
stoppen van lichaamsbeweging. Uw
insulinebehoefte kan veranderen door
wijzigingen in uw levensstijl. Uw basaalsnelheid/
-snelheden en andere instellingen moeten
mogelijk worden aangepast.
VOORZORGSMAATREGEL
CONTROLEER uw BG met een
bloedglucosemeter na een geleidelijke
hoogteverandering tot 1.000 foot (305 meter),
bijv. tijdens skiën of wanneer u door de bergen
rijdt. De nauwkeurigheid van de toediening kan
variëren tot 15% totdat er 3 eenheden insuline
zijn toegediend of totdat de hoogte met meer
dan 1.000 foot (305 meter) is veranderd.
Veranderingen in de nauwkeurigheid van de
toediening kunnen de toediening van insuline
beïnvloeden en letsel veroorzaken.
VOORZORGSMAATREGEL
Vraag uw zorgverlener ALTIJD of er specifieke
richtlijnen zijn wanneer u de pomp om welke
reden dan ook moet of wilt losmaken.
Afhankelijk van de duur en de reden waarom u
ontkoppelt, kan het nodig zijn dat u de gemiste
basaalinsuline en/of bolusinsuline inhaalt.
Controleer uw BG voordat u de pomp ontkoppelt
en opnieuw wanneer u die aansluit, en behandel
hoge BG zoals aanbevolen door uw
zorgverlener.
33