Systeemonderdelen
OPMERKING
Gebruik van loden markeringen
Om een verkeerde interpretatie van de lichaamsrichting (rechts ↔ links) en de stand van
de patiënt tijdens opname te voorkomen, adviseert Philips het gebruik van loden markering-
en, zoals gebruikelijk in de conventionele radiografie.
De detector in de buckylade positioneren
De grote en kleine SkyPlates kunnen in het midden van de buckylade worden geplaatst, zoals
hierboven beschreven. Hiernaast kunt u de detectoren ook aan de boven- of onderkant van
de buckylade plaatsen. Correct gebruik van excentrische positionering is afhankelijk van de ge-
bruikte detector en de stand van de detector in de buckylade.
Correcte positionering van de grote SkyPlate
Onjuiste positionering van de grote SkyPlate
Correcte positionering van de kleine SkyPlate
DigitalDiagnost C90 Versie 1.1
Gebruik
Wanneer de grote SkyPlate met
de korte zijde tegen de gelei-
dingsbalk aan wordt geplaatst,
kan deze in het midden worden
gepositioneerd, dan wel hele-
maal aan de boven- of onderkant
van de buckylade.
Wanneer de grote SkyPlate met
de lange zijde tegen de gelei-
dingsbalk aan wordt geplaatst,
beslaat de detector de gehele
breedte van de buckylade, dus
kan deze alleen in het midden
worden gepositioneerd.
Wanneer de korte zijde tegen
de geleidingsbalk aan zit, mag
de grote SkyPlate niet tussen het
midden en de boven- of onder-
kant in worden gepositioneerd.
Wanneer de kleine SkyPlate met
de lange zijde tegen de gelei-
dingsbalk aan wordt geplaatst,
kan deze in het midden worden
gepositioneerd, dan wel hele-
maal aan de boven- of onderkant
van de buckylade.
185