Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

ProMinent OZONFILT OZMa 1 - 6 A/O Gebruikershandleiding pagina 88

Inhoudsopgave

Advertenties

Storingen verhelpen
Fout-
Foutmelding
nr.*
14
Waterdebiet te laag
19
Regelafwijking
regelventiel te groot
21
Vermogensdeel:
PFC-spanning te
laag, resp. vermo‐
gensdeel PFC-
spanning te hoog
25
Vermogensdeel:
Temperatuur te
hoog
27
Vermogensdeel
geen spanning
28
24 V-voeding bestu‐
ring uitgevallen
31
Veiligheidsdeur
open!!
33
Druksensor droging
controleren
34
Druksensor O3-
generator contro‐
leren
35
Debietsensor con‐
troleren!
88
Uitschakeling
Oorzaak
door ...
Flowmeter
Proceswaterdebiet
onbehandeld
onder de minimale
water
waarde
-
Gasdebiet wijkt teveel
af van het setpoint
Gelijkspan‐
De tussenkringspan‐
ningsregeling
ning van het vermo‐
op het vermo‐
gensdeel ligt buiten de
gensdeel
grenswaarde hiervan
Temperatuur‐
De temperatuur van
meting bij het
enkele onderdelen
vermogensdeel
van het vermogens‐
deel is te hoog.
Spanningsbe‐
De voedingsspanning
waking bij het
van het vermogens‐
vermogensdeel
deel is onderbroken.
Bewaking van
De voedingsspanning
de voedings‐
bij de ingangen van de
spanning voor
besturing is uitge‐
de besturing
vallen.
Bewaking van
Het contact van de
de deurschake‐
deurschakelaar is
laar
aangesproken
Druksensor dro‐
Sensoren zijn niet
ging
aangesloten of
leveren een niet plau‐
Druksensor
sibel analoog signaal.
ozon
Gasdebiet‐
sensor
* Interne nummering bij programma
Verhelpen
Is een doorstroombewaker geïn‐
stalleerd, start het bedrijf van de
installatie weer uit zichzelf, zodra
het proceswaterdebiet boven de
ingestelde onderste grenswaarde
komt. Het alarmrelais wordt niet
geactiveerd!
Leiding ozongas en armaturen op
doorgang controleren.
Regelventiel en de aansturing
hiervan controleren.
De netvoedingspanning van de
installatie controleren. Indien
nodig het vermogensdeel ver‐
vangen
De correcte werking van de scha‐
kelkastventilator controleren. De
ventilatorfilters reinigen. De
omgevingstemperatuur verlagen,
bijv. door het inbouwen van een
airconditioner. Een lagere ozon‐
productie instellen.
De zekeringautomaat (1-53) is
aangesproken - de zekeringauto‐
maat resetten, indien nodig de
netspanning verhogen. De verbin‐
ding tussen de communicatie‐
printplaat en het vermogensdeel
is onderbroken. De verbinding
controleren en indien nodig de
verbindingselementen vervangen.
De fijnzekeringen op de commu‐
nicatieprintplaat controleren en
eventueel vervangen. De commu‐
nicatieprintplaat vervangen.
De schakelkastdeur sluiten.
De verbindingskabels van de sen‐
soren controleren, de analoge
signalen controleren, indien nodig
de verbindingskabels of de sen‐
soren vervangen.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave