Inhoudsopgave
Advertenties
Bij het overschrijden van een
besturing een waarschuwingsmelding op het touchpanel - de
installatie draait echter verder.
Bij het overschrijden van een
ring een storingsmelding op het touchpanel en wordt de installatie
uitgeschakeld.
Bij digitale grootheden wordt bij overschrijding van de grens‐
waarde, die is ingesteld bij de sensor, uitgeschakeld.
De "Alarmvertraging" is de tijd tussen het ontstaan van een storing
en het uitschakelen van de installatie. Deze is gebaseerd op het
type grenswaardeoverschrijding. Na het uitschakelen van de instal‐
latie wordt het storingsmeldrelais geactiveerd en het bedrijfsmel‐
drelais gedeactiveerd.
Na het inschakelen, resp. starten van de installatie, worden alle
storingen een bepaalde tijd genegeerd - gedurende de zoge‐
„Inschakelvertraging" . De inschakelvertraging is even‐
naamde
eens gebaseerd op het type storing.
„Herstartvertraging" , probeert de installatie bij
Na de zogenaamde
enkele grootheden na het herkennen van een storing automatisch
opnieuw te starten. Deze toestand toont de besturing op het touch‐
„Herstart over xxx sec" . Hierbij wordt gedurende deze
panel met
tijd het storingsmeldrelais geactiveerd. Na een herstartverzoek
wordt het storingsmeldrelais gedeactiveerd gedurende de inscha‐
kelvertraging en alarmvertraging. Ontstaat de storing na het gepro‐
grammeerde aantal herstartpogingen nog steeds, wordt de instal‐
latie definitief uitgeschakeld en blijft het storingsmeldrelais
geactiveerd. Anders start het bedrijf van de installatie weer uit zich‐
zelf.
De besturing archiveert alle storingen met de datum en de kloktijd
in een bestand op de geheugenkaart in het touchpanel.
Bovendien worden de tellers op de statuspagina overeenkomstig
aangepast.
Voor bevestiging van een storing, de toets
indrukken.
Voor het herstarten van de installatie, nogmaals op deze toets
drukken.
Na een storing zal de besturing de installatie stapsgewijs uitscha‐
kelen:
1 - De hoogspanning wordt uitgeschakeld.
De installatie draait nog enige tijd door, zonder ozonproductie.
Hierdoor wordt de resterende ozon uit de installatie verwijderd.
2 - In het pneumatisch circuit sluiten alle magneetventielen.
3 - Na een nalooptijd sluit ook het magneetventiel bij de koelwate‐
rinlaat.
4 - Op het touchpanel verschijnt de betreffende foutmelding.
Storingen verhelpen
„Waarschuwingsdrempel" toont de
„Uitschakeldrempel" toont de bestu‐
[STOP] / [START]
85
Advertenties
Inhoudsopgave
