BASISPROCEDURES
De motor starten
De schakelhendel moet in de
PARKEER-stand of NEUTRAAL
staan.
OPMERKING: Gemakshalve is er
een modus "negeren" voorzien die
toelaat de motor te starten in elke
stand van de schakelhendel. Houd
de remhendel(s) of het rempedaal
ingedrukt terwijl u op de motorstart-
knop drukt.
Steek de sleutel in het contactslot
en draai deze naar de AAN-stand.
Zet de motorstopschakelaar op
RIJDEN (RUN).
Druk op de motorstartknop en houd
hem ingedrukt tot de motor start.
OPMERKING
een paar seconden niet start,
houd dan de motorstartknop niet
langer dan 10 seconden inge-
drukt. Zie het hoofdstuk OPLOS-
SEN VAN PROBLEMEN .
Laat de motorstartknop onmiddel-
lijk los zodra de motor is gestart.
OPMERKING: Als de accu leeg is
kan de motor niet worden gestart.
Laat de accu opladen of vervangen.
Naar een andere versnel-
ling schakelen
Druk op de remmen en schakel
naar de gewenste versnelling.
Los de remmen.
OPMERKING
Stop het voertuig
altijd helemaal en druk op de rem
voordat u de schakelhendel ver-
zet om naar een andere versnel-
ling te schakelen. Anders kan dit
de transmissie beschadigen.
86
Als de motor na
De motor uitzetten
WAARSCHUWING
Vermijd parkeren op een hel-
ling. Het voertuig kan wegrol-
len.
WAARSCHUWING
Om te vermijden dat het voer-
tuig wegrolt, gebruikt u de
PARKEER-stand altijd wanneer
het voertuig gestopt is of gepar-
keerd staat.
WAARSCHUWING
Vermijd parkeren op plaatsen
waar de hete onderdelen brand
kunnen veroorzaken.
Laat de gashendel los en stop het
voertuig volledig.
Zet de schakelhendel in de PAR-
KEER-stand.
Zet de parkeerrem aan.
Zet de motorstopschakelaar op UIT.
Schakel de contactschakelaar op
UIT.
Trek de sleutel uit het contactslot.