ONDERHOUDSPROCEDURES
OPMERKING: Schroef de koelvloei-
stofaftapplug niet helemaal los.
Verwijder het rechterzijpaneel.
Verwijder de ontluchtingsschroef
boven aan het thermostaathuis.
OPMERKING: Verwijder de CVT-
filteruitlaat voor toegang tot de
ontluchtingsschroef.
1. Ontluchtingsschroef
Laat het systeem helemaal leeglo-
pen.
Installeer de koelvloeistofaftapplug
terug.
Vul de radiator tot de koelvloeistof
via het gat in de thermostaatbehui-
zing naar buiten stroomt.
Installeer de ontluchtingsschroef.
Vul de radiator verder.
Controleer het peil in het koelvloei-
stofreservoir en vul bij indien nodig.
Laat de motor stationair draaien
met verwijderde radiatordop. Voeg
langzaam koelvloeistof toe indien
nodig.
Wacht nu tot de motor een norma-
le bedrijfstemperatuur heeft be-
reikt.
Druk de gashendel twee- of drie-
maal in en voeg nog koelvloeistof
toe, indien nodig.
Plaats de radiatordop in de omge-
keerde volgorde van de verwijde-
ring.
110
Inspecteer alle aansluitingen op
lekkage en controleer het koelvloei-
stofpeil in het reservoir.
Vonkafleider knalpot
Reiniging en inspectie vonkaflei-
der knalpot
LET OP Laat het uitlaatsysteem
afkoelen voor u verder gaat met
reinigen en inspecteren.
Verwijder het deksel van de knal-
pot. Verwijder de borgschroeven.
OPMERKING
Gebruik geen ge-
reedschap om de schroeven te
verwijderen.
1. Knalpotdeksel
2. Borgschroef
Verwijder alle borgschroeven van
de uitlaatpijp en gooi ze weg.
TYPISCH - UITLAATPIJP VERWIJDEREN
Verwijder de uitlaatpijp, de pakking
(weggooien) en de vonkafleider.