houd hem vast terwijl u het remhen-
delslot verzet. De parkeerrem is nu
ingeschakeld.
TYPISCH
1. Hendel om de parkeerrem te vergrende-
len
2. Indrukken om de parkeerrem te active-
ren.
OPMERKING: Vergrendelhendel
kan in verschillende standen wor-
den geplaatst als compensatie voor
de slag van de remhendel.
WAARSCHUWING
Controleer of het voertuig veilig
ter plaatse blijft wanneer de
parkeerrem is geactiveerd.
Schakel de parkeerrem uit als
volgt: Druk de remhendel in. De
vergrendeling moet automatisch
terugkeren naar zijn oorspronkelijke
stand. De remhendel moet terugke-
ren naar zijn ruststand.
WAARSCHUWING
Zet de parkeerrem helemaal af
voordat u met uw voertuig gaat
rijden. Wanneer de remmen tij-
dens het rijden slepen door een
aanhoudende druk op de hen-
del, kan dit leiden tot beschadi-
ging van het remsysteem, een
afname van het remvermogen
en/of brand.
BEDIENINGSELEMENTEN/INSTRUMENTEN/UITRUSTING
5) Schakelhendel
De schakelhendel zit aan de rech-
terkant van het voertuig naast de
stuurkolom.
LOCATIE SCHAKELHENDEL
De schakelhendel wordt gebruikt
om van versnelling te veranderen.
De schakelhendel heeft 5 standen:
STANDEN SCHAKELHENDEL
STAND
P
R
N
H
L
SCHAKELPATROON
Het voertuig moet gestopt worden
en de remmen moeten ingescha-
keld worden voor u een versnelling
kiest.
VERSNELLING
Parkeren
Achteruit
Neutraal
Hoog toerental (vooruit)
Laag toerental (vooruit)
67