Bestuurder:
— Laat nooit een persoon van jonger dan 16 met dit voertuig rijden.
— Neem nooit meer dan één (1) passagier mee op dit voertuig.
— De passagier moet plaatsnemen op de daartoe voorziene pas-
sagiersstoel en zich altijd vasthouden aan de handgrepen.
— De bestuurder is verantwoordelijk voor de veiligheid van zijn pas-
sagier. Laat hem in geval van twijfel afstappen, voordat u een risi-
covol manoeuvre uitvoert.
— Wanneer u met een passagier rijdt heeft dit een grote invloed op de
besturing van uw voertuig, de stabiliteit en de remafstand. Matig
uw snelheid altijd wanneer u een passagier meeneemt.
— Voorzie een langere remafstand.
— Oefen de manoeuvres die in deze Gebruikershandleiding worden
beschreven altijd in zonder passagier.
— Informeer de passagier over de basisregels voor een veilige rit.
— Neem nooit een passagier mee wanneer de opbergkoffer is geïn-
stalleerd (op de plaats van de passagiersstoel).
Passagier:
— De passagier moet minstens 12 jaar zijn en in staat zijn om zijn
voeten op de voetsteunen te zetten en met zijn handen de hand-
grepen vast te houden terwijl hij op het voertuig zit.
— De passagier moet zich altijd vasthouden aan de handgrepen achter-
aan. Houd u nooit vast aan de bestuurder.
— De passagier moet aandacht hebben voor de bewegingen van het
voertuig en de bestuurder.
— De passagier moet altijd een geschikte veiligheidsuitrusting dragen,
inclusief een goedgekeurde helm met een harde kinbeschermer.
— De passagier moet zijn handen en voeten tijdens het rijden altijd op
de daartoe voorziene plaatsen houden.
— Sta nooit recht terwijl het voertuig rijdt. Door teveel beweging kan
het voertuig oncontroleerbaar worden.
Als u zich niet houdt aan deze aanbevelingen kan het voertuig moeilijk be-
stuurbaar worden, wat kan leiden tot een ongeluk met ernstige of dodelijke
verwondingen van de bestuurder en/of passagier tot gevolg.
Onthoud tijdens het lezen van deze Gebruikershandleiding, dat:
Duidt op een mogelijk gevaar dat, indien het niet wordt vermeden, kan
leiden tot ernstige of dodelijke verwondingen.
___________
10
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
VEILIGHEIDSINFORMATIE
___________