t Memo
• Als de diafragmaring op een andere positie dan 9 wordt
ingesteld, dan werkt de camera in de stand J, ongeacht
de instelling van het moduswiel, behalve wanneer de stand
L of M wordt geselecteerd.
• [F--] verschijnt voor de diafragma-indicator in het
statusscherm, het Live Weergave-scherm en de zoeker.
Hoe de juiste belichting wordt bereikt als de diafragmaring
niet op 9 is ingesteld
De juiste belichting kan worden bereikt met de volgende
procedures wanneer de diafragmaring niet op 9 is
ingesteld.
1 Zet het moduswiel op L.
2 Stel de diafragmaring in op het gewenste diafragma.
3 Druk op M.
De juiste sluitertijd wordt ingesteld.
4 Pas de ISO-gevoeligheid aan indien de juiste belichting
7
niet kan worden bereikt.
132
Opnamen maken met Catch-in Focus
opnamen
U kunt opnamen maken met Catch-In Focus met behulp van
een handmatig scherpstelobjectief. De sluiter wordt automatisch
ontspannen als de camera scherp stelt op het onderwerp.
1
Sluit een handmatig scherpstelobjectief aan op
deze camera.
2
Stel [22 Catch-in focus] in op [Aan] in menu E4.
3
Stel de v/w-schakelaar in op v en stel
[AF-modus] in op x.
4
Plaats de camera op een vaste steun zoals
een statief.
5
Stel scherp op de positie waar het onderwerp
kan passeren en druk 0 volledig in.
De sluiter wordt automatisch ontspannen wanneer het
onderwerp op de gespecificeerde positie door de camera
scherp is gesteld.
E4