De instellingen wijzigen
1
Tik op 6.
Het scherm [Settings]
(Instellingen) verschijnt.
De volgende instellingen zijn beschikbaar.
Stelt in of alleen autofocus wordt
uitgevoerd of dat opnamen worden
Aanraken voor
gemaakt na autofocus wanneer het
AF
beeld van de Live weergave wordt
aangeraakt.
Opname-instell.
Wijzigt de instellingen voor
foto's
Bestandsindeling en JPEG-resolutie.
Compositie
Schakelt de functie
aanpassen
Compositiecorrectie in of uit.
Algemene
Wijzigt de communicatie-instellingen
instellingen
en de displaytaal.
2
Tik op [General Settings] (Algemene instellingen)
om de communicatie-instellingen en de displaytaal
te wijzigen.
3
Tik op het instellingsitem dat
u wilt wijzigen.
Communication Settings
(Communicatie-instellingen)
Het wachtwoord en draadloze
kanaal kunnen worden gewijzigd.
5
111