Gebruikershandleiding
1.1
Melkrobot
Inleiding
1.
INLEIDING
De Astronaut melkrobot maakt deel uit van een geautomatiseerd
melksysteem dat melkt, voert en de gezondheid van de koeien controleert.
Het melksysteem onderzoekt ook de hoeveelheid en kwaliteit van de
ontvangen melk en kan indien nodig melk afscheiden die vervuild is of niet
aan de normen voldoet.
Met een transmitter op elke koe kan het systeem de koe identificeren door
middel van een uniek nummer, zodat het managementsysteem voor elke
koe specifieke gegevens kan bijhouden. Het melksysteem maakt gebruik
van deze gegevens om het melken en voeren van de koe te regelen
wanneer zij de robot binnengaat.
Het melksysteem bestaat uit vier hoofdonderdelen:
• De melkrobot
• De tankruimte
• Het kantoor
• De compressor.
De melkrobot detecteert, weegt, melkt en voert de koeien die de robot
binnengaan.
De melkrobot is in of naast de stal geïnstalleerd. De melkrobot is zo
geïnstalleerd dat de vloer van de melkrobot op nagenoeg dezelfde hoogte
ligt als de vloer van de stal. Hierdoor kan de koe de melkrobot veilig en
gemakkelijk betreden en verlaten.
De melkrobot is beschikbaar in een rechtse (RH) en linkse (LH) uitvoering
(zie de afbeeldingen op pagina 1-4 en 1-5).
De melkrobot is aangesloten op de tankruimte en het kantoor via een
kabelsysteem dat de melkleiding en de elektrische- en datakabels bevat.
Een externe luchtcompressor levert perslucht voor de bediening van de
pneumatische systemen van de robot.
De melkrobot bestaat uit vier hoofdonderdelen:
• De box
• De machinekamer
• De robotarm
• Het X-Link bedieningspaneel.
1-1