Ú Notitie:
De optie Vaartuigmelding in de alarminstellingen moet zijn ingeschakeld om
MMSI-berichten te kunnen weergeven.
Symboolfilters
Alle doelen worden standaard weergegeven op het paneel als er een AIS apparaat op het
systeem is aangesloten.
U kunt ervoor kiezen om geen enkel doel te tonen, of om de symbolen te filteren op basis
van veiligheidsinstellingen, afstand en vaartuigsnelheid.
Ú Notitie:
Raadpleeg "Definiëren van gevaarlijke vaartuigen" op pagina 115 voor meer informatie
over veiligheidsinstellingen.
Verlengingslijnen
De lengte van de verlengingslijnen voor uw vaartuig en voor andere vaartuigen kunnen
worden ingesteld door de gebruiker.
•
A: Koers
•
B: Koers over de grond (COG)
De lengte van de verlengingslijnen wordt ingesteld als vaste afstand, of om de afstand aan te
geven die het vaartuig zal afleggen binnen een geselecteerde tijd. Als voor Dit vaartuig geen
opties worden ingeschakeld, dan worden er geen verlengingslijnen getoond voor uw
vaartuig.
Voor uw eigen vaartuig wordt de koersinformatie uitgelezen uit de actieve koerssensor; de
COG-informatie wordt ontvangen van de actieve GPS.
Voor andere vaartuigen worden de COG-gegevens opgenomen in de meldingen die worden
ontvangen van het AIS-systeem.
Definiëren van gevaarlijke vaartuigen
U kunt een onzichtbare veiligheidszone rond uw vaartuig definiëren. Wanneer een doel
binnen de ingestelde limieten komt, verandert het symbool in het symbool Gevaarlijk doel.
Indien geactiveerd in het alarmpaneel, gaat er een alarm af.
AIS
| NSO evo3 Gebruikershandleiding
115