Gebruiksaanwijzing
Opmerking Een temperatuurmeting die wordt uitgevoerd in het rechteroor kan
Opmerking Bij ontvangst van een oortemperatuurmeting geeft de monitor deze op het
Een meting uitvoeren en deze naar de monitor zenden:
1. Zorg ervoor dat de monitor is ingeschakeld.
2. Neem de oorthermometer uit de bijbehorende dock.
3. Zoek de doos met sondekapjes in de bij de oorthermometer behorende dock.
4. Duw de punt van de sonde stevig in de doos met sondekapjes.
Zodra het sondekapje op zijn plaats zit, wordt de thermometer automatisch
ingeschakeld.
5. Wacht tot er een pieptoon klinkt die aangeeft dat de thermometer gereed is voor
gebruik en er drie streepjes op het thermometerdisplay verschijnen.
6. Breng de sonde in het oorkanaal in tot deze goed hierdoor wordt omsloten en druk
vervolgens kortstondig op de knop Start.
•
•
7. Druk als u klaar bent met meten van de temperatuur op de afwerpknop om het
gebruikte sondekapje af te werpen.
8. Plaats de oorthermometer terug in de bijbehorende dock.
Tijdens het verzenden van de meting knippert de LED op de dock.
Na verzending verschijnen de temperatuur en temperatuurschaal op het tabblad
Home overeenkomstig de monitorinstellingen.
Opmerking Alleen de laatste meting wordt naar de monitor verzonden.
LET OP! Risico op onnauwkeurige meting. Onderstaande factoren kunnen
gedurende maximaal 20 minuten van invloed zijn op
oortemperatuurmetingen:
•
De patiënt lag op het oor.
•
Het oor van de patiënt was bedekt.
•
De patiënt werd blootgesteld aan zeer hoge of zeer lage temperaturen.
•
De patiënt nam een bad of was aan het zwemmen.
•
De patiënt droeg een gehoorapparaat of een oordop.
LET OP! Risico op onnauwkeurige meting. Als er oordruppels of andere
geneesmiddelen in een oor zijn aangebracht, gebruikt u het onbehandelde
oor om de temperatuur te meten.
afwijken van een temperatuurmeting in het linkeroor. Neem daarom altijd
de temperatuur op in hetzelfde oor.
tabblad Home weer. Als het tabblad Home al een temperatuurmeting
bevat, wordt deze door de nieuwe meting overschreven.
Als de sonde op de juiste wijze in het oorkanaal is geplaatst, knippert het
ExacTemp-lampje. Wanneer de thermometer een nauwkeurige meting
waarneemt, gaat het ExacTemp-lampje continu branden, wordt met een lange
pieptoon het einde van de meting aangegeven en verschijnt het resultaat op het
display.
Als de sonde niet op de juiste wijze in het oorkanaal is geplaatst of tijdens de
meting is verplaatst, gaat het ExacTemp-lampje uit, klinkt er een reeks korte
pieptonen en verschijnt de foutmelding POS (plaatsingsfout).
Patiëntbewaking 87