De ISO-snelheid kan niet worden ingesteld voor movie-opname.
Als [k1: Movie-belicht.] is ingesteld op [Auto], wordt de
ISO-snelheid automatisch ingesteld. Als [Handmatig] is ingesteld,
kunt u de ISO-snelheid handmatig instellen (pag. 162).
De belichting verandert tijdens de movie-opname.
Als u tijdens de movie-opname de sluitertijd of het diafragma aanpast,
worden de wijzigingen mogelijk in de belichting opgenomen.
Door de lens tijdens movie-opname in- of uit te zoomen, kunnen
er veranderingen in de belichting optreden, ongeacht of het maximale
diafragma van de lens verandert of niet. Als gevolg daarvan worden
de wijzigingen in de belichting mogelijk opgenomen.
Het onderwerp ziet er vervormd uit tijdens movie-opnamen.
Als u de camera snel naar links of rechts beweegt of een bewegend
voorwerp opneemt, kan het beeld er vervormd uitzien.
De opname flikkert of er zijn horizontale strepen te zien
tijdens de movie-opname.
Flikkerend beeld, horizontale strepen (ruis) of onregelmatige belichting
kunnen worden veroorzaakt door TL-licht, ledlampen of andere lichtbronnen
tijdens movie-opname. Bovendien kunnen veranderingen in de belichting
(helderheid) of de kleurtoon worden opgenomen. Bij handmatige belichting
kan een langere sluitertijd het probleem verhelpen.
Draadloze functies
Wi-Fi kan niet worden ingesteld.
Als de camera via een kabel met een computer, printer, GPS-
ontvanger, tv of ander apparaat is verbonden, kan Wi-Fi niet worden
ingesteld. ([53: Wi-Fi/NFC] wordt dan grijs weergegeven.) Ontkoppel
de kabel voordat u de instellingen configureert.
Raadpleeg de instructiehandleiding voor de draadloze functie.
Problemen oplossen
293