y Flitsbelichtingscorrectie instellen
Stel de flitsbelichtingscorrectie in wanneer de belichting van het onderwerp
anders uitvalt dan gewenst. U kunt de flitsbelichtingscorrectie instellen op
maximaal ±2 stops met tussenstappen van 1/3 stop.
Wanneer u de ontspanknop half indrukt, wordt het pictogram <y>
weergegeven in de zoeker.
Nadat u de opname hebt gemaakt, kunt u de
flitsbelichtingscorrectie annuleren door deze op 0 in te stellen.
Wanneer [z2: Auto Lighting Optimizer/z2: Auto optimalisatie
helderheid] (pag. 123) is ingesteld op iets anders dan [Deactiveren],
kan de opname nog steeds licht zijn, zelfs als er een kleinere
belichtingscorrectie of kleinere flitsbelichtingscorrectie is ingesteld.
U kunt de flitsbelichtingscorrectie ook instellen met de optie [Func.inst.
interne flitser] in [z1: Flitsbesturing] (pag. 199).
Druk op de knop <
1
Het scherm Snel instellen wordt
weergegeven (pag. 48).
Selecteer [y].
2
Druk op de pijltjestoetsen <S>
om [y*] te selecteren.
[Flitsbelichtingscomp.] wordt
onderin weergegeven.
Stel de waarde voor de
3
flitsbelichtingscorrectie in.
Als de opname te donker is, draait
u het instelwiel <6> naar rechts
voor een langere belichting.
Als de opname te licht is, draait u het
instelwiel <6> naar links voor een
kortere belichting.
Belichtingscorrectie instellenN
>
(
).
7
Q
117