Inhoudsopgave
Advertenties
Par. T3.5.2
Starten en stoppen van de beweging
instellen
Standaardmachines kunnen worden aangesloten voor
uiteenlopende start- en stopvolgorden.
STARTVOLGORDEN
A. Snel starten van de beweging
Bij verzending zijn alle modellen aangesloten voor
het snel starten van de beweging. De volgorde is
als volgt:
1.
Wanneer de elektrode NIET in aanraking is met
het werkstuk, drukt u op de startknop.
Hiermee worden zowel de draadaanvoer- als
de bewegingsmotor gestart.
2.
Wanneer de onder spanning staande elektrode
in aanraking komt met het werkstuk om de boog
te starten, is er een relatieve beweging tussen
het uiteinde van de elektrode en het werkstuk.
Dit schraapcontact helpt een consistente
boogonsteking te verzekeren.
Deze volgorde wordt aanbevolen voor de meeste
lastypen, waaronder:
1.
Een ronde las en elk ander type las die eindigt
op het beginpunt. Er kan een K337-
lastimermodule worden geïnstalleerd op de duur
van de lascyclus te besturen.
2.
Lassen vanaf een uitstekend lipje.
3.
Voor betere boogontsteking bij elke toepassing.
B. Vanuit stilstand starten van de beweging
Alle modellen kunnen zo worden heraangesloten
dat de beweging pas begint wanneer de boog start.
Beweging vanuit stilstand wordt gebruikt als de
elektrode op een precieze locatie moet worden
gestart.
Voor een consistente boogontsteking met vanuit
stilstand starten van de beweging, moet u altijd het
uiteinde van de elektrode aan een scherpe punt
vastklemmen voordat u begint.
C. Stopvolgorden
Zoals de machine is verzonden, stopt de beweging
wanneer op de stopknop wordt gedrukt, waarmee
een kleiner kratergebied wordt gevormd.
Wanneer het einde van de las het begin overlapt,
wordt met heraansluiting om de beweging later in de
volgorde te laten stoppen, de krater over een langer
gebied verspreid.
D. Heraansluiting om de start en/of stopvolgorde
van de beweging te wijzigen: schakel voor het
wijzigen van de bewegingsvolgorde alle stroom naar
het NA-5-bedieningskastje uit. Open het
bedieningskastje. De logicakaart is in de
rechterbovenhoek achterin gemonteerd. Voor het
wijzigen van het bewegingscircuit voor de
verschillende start- en stopmodi, volgt u de informatie
in de tabel van het bedradingsschema van de NA-5
die wordt gebruikt. In tabel T.3.5 aan het einde van
deze paragraaf vindt u ook informatie over het
opnieuw configureren van de bewegingsvolgorden.
Nederlands
E.
Acceleratie draadaanvoermotor De NA-5 heeft twee
verschillende bestuurde acceleratiesnelheden van de
draadaanvoermotor. Zoals de eenheid is verzonden, is
deze aangesloten voor snelle acceleratie, wat het beste
is voor de meeste toepassingen. Om dit te wijzigen in
langzamere acceleratie, schakelt u alle stroom naar het
NA-5-regel uit. Open het bedieningskastje. Zoek de
besturings-pc-kaart in de rechterbovenhoek achterin en
verplaats de jumperstekker van de F-pin naar de S-pin.
F.
Terugbranden en achteruit bewegen van de
elektrode
Het belangrijkste van het instellen van de
boogstopvolgorde is voorkomen dat de elektrode in de
laspoel vast blijft zitten. Dit is eenvoudig te doen met de
machine zoals deze is verzonden. De standaardvolgorde
wanneer de optionele kraterbedieningselementen niet
worden gebruikt, is als volgt:
1.
Druk op de stopknop.
2.
De draadaanvoermotor stopt en de
terugbrandtijdvertraging start.
3.
De boog blijft doorgaan moet het terugbranden
van de elektrode uit de laspoel totdat de boog uit
gaat of de tijd ingesteld met de
duimwielschakelaar is verstreken. Dit
bedieningselement moet worden ingesteld op
net genoeg terugbrandtijd om te voorkomen dat
de elektrode in de krater blijft vastzitten.
Dit circuit kan op twee andere manieren worden
aangesloten. Bij de ene manier wordt de draad
teruggetrokken* met een contactor-drop-out-
vertraging aan het einde van de las, en bij de tweede
manier wordt de draad teruggetrokken* tijdens de
terugbrandtijd en vindt geen contactor-drop-
outvertraging aan het einde van de las plaats. Als
een van deze alternatieve manieren van het stoppen
van het lassen gewenst is, kunnen de aansluitingen
op de logicakaart eenvoudig worden gewijzigd.
Om de stopvolgorde te wijzigen, schakelt u de
wisselstroom bij de stroombron uit, verwijdert u de
schroef waarmee het binnenpaneel is bevestigd en
draait u het paneel open. Wijzig de aansluitingen
(oudere modellen) of schakelaarstanden (nieuwere
modellen) op de logicakaart als volgt:
40
Nederlands
Advertenties
Inhoudsopgave
