Bedrijf
Bediening van de binnenverlichting
Schakelaar (2) in stand ON (A) drukken.
De binnenverlichting (1) brandt, zolang de schakelaar in deze stand
blijft.
Om uit te schakelen schakelaar (2) in positie UIT (B) drukken.
Bediening van de werklamp
De startschakelaar staat in de stand RUN.
Om de instrumentenverlichting en de werklamp in te schake-
len, de schakelaar (1) indrukken.
Een keer indrukken: De werklamp van de boom is ingeschakeld.
(De bovenste controlelamp (2) brandt.)
Twee keer indrukken: De werklampen voor de giek en cabine en het
achterlicht gaan aan. De bovenste controlelamp (2) en de onderste
controlelamp (3) branden.
Drie keer indrukken: De werklampen voor de giek en cabine en het
achterlicht gaan uit. De controlelampen (2) en (3) doven.
Bij werkzaamheden op of aan de openbare weg mogen andere weggebruikers niet worden verblind.
Bediening van het zwaailicht (optionele uitrusting)
De startschakelaar staat in de stand RUN.
Om de zwaailamp in te schakelen, de schakelaar (1) indruk-
ken. De controlelamp (2) brandt.
Druk nogmaals op schakelaar (1) om de zwaailamp uit te zetten.
W9297-8144-1
01/2023
1
A
1 1
1 1
2
B
2 2
3 3
KX060-05_091
2 2
KX060-05_083
139