Overzicht van ECG en hartfrequentiebewaking
De M540 berekent de hartfrequentie en geeft deze
weer, identificeert gepacete hartslagen, meldt arit-
miecondities en meet ST-afwijkingen. ECG- en
hartfrequentiebewaking is beschikbaar voor vol-
wassen, pediatrische en neonatale patiënten.
Leadsets met 3, 5, 6 en 10 afleidingen zijn beschik-
baar voor de ECG-bewaking van volwassen en
pediatrische patiënten (inclusief TruST). Er is een
ECG-adapterkabel beschikbaar om afzonderlijke
ECG-afleidingen voor neonatale bewaking aan te
sluiten.
12-afleidingen bewaking is van diagnostische kwa-
liteit en kan worden gebruikt met onze optionele
Rust-ECG-analyse.
De ECG-bewakingsfuncties zijn configureerbaar in
het ECG-dialoogvenster (zie pagina 101).
Raadpleeg de sectie "Voor uw veiligheid en die van
uw patiënten" op pagina 9 voordat u bewakings-
functies uitvoert.
ECG-signaalverwerking en -weergave
De M540 identificeert QRS-complexen met
bepaalde amplitudes en QRS-breedtes voor
volwassen, pediatrische en neonatale patiënten
(zie pagina 272 in het hoofdstuk "Technische gege-
vens" voor gedetailleerde parameterspecificaties).
Het apparaat berekent hartfrequenties van 15 tot
300 slagen per minuut, waarbij de R-R intervallen
van de laatste 10 seconden worden gebruikt.
Deze berekening is exclusief de twee langste en
twee kortste R-R intervallen. De M540 berekent
een gemiddelde over de resterende intervallen en
geeft het resultaat als de huidige hartfrequentie
weer in het HF-parametervak.
Gebruiksaanwijzing Infinity Acute Care System – M540-patiëntmonitor SW VG2
Tijdens dual-channel-verwerking wordt er aan
elk kanaal een waarde toegewezen op grond van
het artefactniveau van het kanaal. Het meest dui-
delijke kanaal krijgt een hogere waarde toegewe-
zen. Wanneer een kanaal een bepaald
artefactniveau overschrijdt, wordt het uitgesloten
van het samengestelde kanaal en schakelt de
M540 over naar single-channel-verwerking. Wan-
neer beide kanalen exorbitante artefact beleven,
verschijnt de melding ECG-artefact tot ten minste
één kanaal voldoende vrij is van artefact.
Tijdens een artefact wordt de hartfrequentiewaarde
vervangen door sterretjes (* * *). Wanneer de arte-
fact opheldert, gaat QRS-verwerking door zonder
dat een herleerfase wordt gestart.
Aritmiebewaking en de geselecteerde aritmiemo-
dus beïnvloeden de weergave van het HF-parame-
tervak. Zie "ARR-display" op pagina 111 voor
gedetailleerde informatie.
Parameterspecifieke foutberichten vindt u op
pagina 220.
Ondersteunde parameters
– ECG: HF (hartfrequentie)
– ST: STI, STII, STIII, STaVR, STaVL, STaVF,
STV, STV+, STV1 tot TruSTV6, STVM,
STCVM, STdV1, STdV3, STdV4, STdV6
– Aritmie: ARR (ASY, VF, ARTF, VTACH,
RUN, AIVR, SVT, CPT, BGM, TACH, BRADY,
PAUZE; zie pagina 109 voor een beschrijving
van deze ARR-modi en PVC/min
ECG, aritmie en ST-segment
91