De afleidingen voor neonatale RFi-bewaking aansluiten
1 Plaats de ECG-adapterkabel in ECG-connector
(A) aan de zijkant van de M540.
C
Voorbereiding van de patiënt op ademhalingsbewaking
De volgende tips voor preparatie van de huid en
juiste elektrodenplaatsing dienen om een krachtig
signaal met minimaal artefact te waarborgen. Volg
echter primair de ziekenhuis richtlijnen en/of de
aanbevelingen van de fabrikant. Omdat de ECG-
elektroden worden gebruikt voor ademhalingsbe-
waking, dient u de illustraties op pagina 97 en ver-
der te raadplegen voor informatie over de plaatsing
van elektroden.
Gebruiksaanwijzing Infinity Acute Care System – M540-patiëntmonitor SW VG2
A
B
D
E
Impedantie ademhaling (RFi)
OPMERKING
Een ECG-leadset kan zich in de ECG-connector
van de M540 bevinden zonder daadwerkelijk te
zijn aangesloten. Controleer of alle ECG-leadsets
stevig in de ECG-connector van de M540 zijn
geduwd.
Bij bijna alle MonoLeads staat er een getal op de
leadsset dat aangeeft hoeveel afleidingen er wor-
den aangesloten. Zorg er bij het aansluiten van
een MonoLead voor dat het getal in dezelfde rich-
ting wijst als de M540-display.
2 Breng het opvulstuk (C) aan om de
ongebruikte ECG-afleidingspennen op
M540 te beschermen.
3 Sluit de afzonderlijke neonatale ECG-leads (E)
aan op de neonatale ECG-adapterkabel (D).
Zie de illustraties op pagina 123 en verder voor
meer informatie om de elektroden op de patiënt
aan te brengen.
Volg voor ademhalingsbewaking dezelfde
voorzorgsmaatregelen als voor ECG-bewaking
(zie pagina 92) en respecteer de volgende alge-
mene aanbevelingen:
– Plaats de elektroden zodanig dat ze het duide-
lijkst mogelijke signaal met minimaal artefact
produceren.
125