11.5 I/O's en virtuele
aansluitingen [500]
Hoofdmenu met alle instellingen van de standaardingangen
en -uitgangen van de frequentieregelaar.
11.5.1
Analoge ingangen [510]
Submenu met alle instellingen voor de analoge ingangen.
AnIn1 Funct [511]
Stelt de functie in voor analoge ingang 1. Schaal en bereik
worden bepaald door de instellingen voor AnIn1 Advan in
menu [513].
511
AnIn1 Funct
Standaard:
Proces Ref
Uit
0
Ingang is niet actief
De ingang fungeert als bovenlimiet voor
Max Toeren 1
het toerental.
Max
De ingang fungeert als bovenlimiet voor
2
Koppel
het koppel.
De ingangswaarde komt overeen met de
actuele proceswaarde (feedback) en
wordt door de PID-regelaar vergeleken
Proces-
3
met het referentiesignaal (setpoint)
Waarde
of kan worden gebruikt om de actuele
proceswaarde weer te geven en te
bekijken.
Referentiewaarde wordt ingesteld voor
regeling in
Proces Ref 4
proceseenheden; zie Proces Bron [321]
en Proc Eenheid [322].
De ingang fungeert als een onderste
Min Toeren 5
toerentallimiet.
OPMERKING: als AnInX Funct=Uit, is het aangesloten
signaal nog altijd beschikbaar voor Comparators
[610].
Analoge ingangen optellen
Als er meer dan één analoge ingang wordt ingesteld voor
dezelfde functie, kunnen de waarden van de ingangen bij
elkaar worden opgeteld. Bij de volgende voorbeelden gaan
we ervan uit dat Proces Bron [321] is ingesteld op Toerental.
Voorbeeld 1: Signalen optellen met verschillende weging
(fijninstelling).
Signaal op AnIn1 = 10 mA
Signaal op AnIn2 = 5 mA
[511] AnIn1 Funct = Proces Ref.
[512] AnIn1 Setup = 4-20 mA
[5134] AnIn1 FcMin = Min (0 rpm)
[5136] AnIn1 Fc Max = Max (1500 rpm)
[5138] AnIn1 Oper = Add+
[514] AnIn2 Funct = Proces Ref.
CG Drives & Automation 01-7491-03r1
[515] AnIn2 Setup = 4-20 mA
[5164] AnIn2 FcMin = Min (0 rpm)
[5166] AnIn2 FcMax = Eigen def.
[5167] AnIn2 WaMax = 300 rpm
[5168] AnIn2 Oper = Add+
Berekening:
AnIn1 = (10-4) / (20-4) x (1500-0) + 0 = 562,5 rpm
AnIn2 = (5-4) / (20-4) x (300-0) + 0 = 18,75 rpm
De actuele procesreferentie wordt dan:
+562,5 + 18,75 = 581 rpm
Analoge ingang keuze via digitale
ingangen
Wanneer twee verschillende externe referentiesignalen
worden gebruikt, bijvoorbeeld een signaal van 4-20 mA uit
de controllekamer en een lokaal gemonteerde potentiometer
van 0-10 V, kan heen en weer worden geschakeld tussen deze
twee verschillende analoge ingangssignalen via een digitale
ingang
die is ingesteld op 'AnIn Select'.
AnIn1 is 4-20 mA
AnIn2 is 0-10 V
DigIn 3 selecteert de AnIn selectie: Hoog is 4-20 mA, Laag
is 0-10 V
[511] AnIn1 Fc = Proces Ref;
AnIn1 is referentie ingang
[512] AnIn1 Setup = 4-20mA;
AnIn1 is ingesteld voor een stroom referentie signaal
[513A] AnIn1 Actief = DigIn;
AnIn1 is actief indien Digin 3 = hoog
[514] AnIn2 Fc = Proces Ref;
AnIn2 is referentie ingang
[515] AnIn2 Setup = 0-10V;
AnIn2 is ingesteld voor een spanning referentie signaal
[516A] AnIn2 Actief = !DigIn;
AnIn2 is actief indien Digin 3 = laag
[523] DigIn3=AnIn;
set DigIn3 als ingang voor selectie van AI-referentie
Aftrekken van analoge ingangen
Voorbeeld 2: Twee signalen aftrekken
Signaal op AnIn1 = 8 V
Signaal op AnIn2 = 4 V
[511] AnIn1 Funct = Proces Ref.
[512] AnIn1 Setup = 0-10 V
[5134] AnIn1 FcMin = Min (0 rpm)
[5136] AnIn1 Fc Max = Max (1500 rpm)
[5138] AnIn1 Oper = Add+
[514] AnIn2 Funct = Proces Ref.
[515] AnIn2 Setup = 0-10 V
[5164] AnIn2 FcMin = Min (0 rpm)
[5166] AnIn2 Fc Max = Max (1500 rpm)
[5168] AnIn2 Oper = Sub-
161