Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Emotron FDU 2.1 Series Gebruiksaanwijzing pagina 152

Verberg thumbnails Zie ook voor FDU 2.1 Series:
Inhoudsopgave

Advertenties

Test stabiele toestand PID [388]
Bij toepassingen waarbij de feedback onafhankelijk kan
worden van het motortoerental, kan deze functie PID Test
stabiele toestand worden gebruikt om de PID-bediening op
te heffen en de frequentieregelaar geforceerd in de slaapstand
te zetten, d.w.z. dat de frequentieregelaar automatisch het
uitgangstoerental verlaagt terwijl tegelijkertijd de
proceswaarde wordt gewaarborgd.
Voorbeeld: drukgeregelde pompsystemen met lage of
helemaal geen flow waarbij de procesdruk onafhankelijk is
geworden van het pomptoerental, bv. door langzaam
gesloten kleppen. Door over te schakelen naar de slaapstand
wordt verwarming van de pomp en motor voorkomen en
wordt er geen energie verspild.
PID Test stabiele toestand vertraging.
OPMERKING: het is belangrijk dat het systeem een
stabiele situatie heeft gerealiseerd voordat de Test
stabiele toestand wordt gestart.
388
PID StabVert
Standaard:
Uit
Bereik:
Uit, 0,01–3600 s (Uit=0)
[711] Proceswaarde
[389]
[310] Proces Ref
[387]
[712] Toerental
Afb. 124 Test stabiele toestand
148
Functiebeschrijving
[389]
[388]
Start stabiel
test toestand
Normaal PID
Stabiele toestand
test
[341] Min Toeren
Stabiele band PID [389]
Met PID Stabiele band wordt een marge/band gedefinieerd
rond de referentie die 'werking in stabiele toestand' aangeeft.
Tijdens de test stabiele toestand wordt de PID-bediening
opgeheven en zal de frequentieregelaar het toerental laten
afnemen zolang de PID-fout binnen de stabiele band ligt.
Als de PID-fout buiten de stabiele band komt, is de test
mislukt en wordt de normale PID-bediening hervat, zie
voorbeeld.
389
Standaard:
Bereik:
Voorbeeld: de PID Test stabiele toestand begint als de
proceswaarde [711] binnen de marge ligt en de
wachtvertraging voor de test stabiele toestand is verstreken.
De PID-uitgang zal het toerental laten afnemen met een
stapwaarde die overeenkomt met de marge, zolang de
Proceswaarde [711] binnen de stabiele band blijft. Als Min
Toeren [341] wordt bereikt, is de test stabiele toestand
geslaagd en wordt de opdracht stop/slaapstand gegeven als
de PID-slaapfunctie [386] en [387] is geactiveerd. Als de
Proceswaarde [711] buiten de ingestelde steady state marges
Stop stabiel
test toestand
[386] PID<Min rpm
PID StabBand
0
0-10000 in proceseenheid
time
Normaal PID
Stoppen/slapen
CG Drives & Automation 01-7491-03r1

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Fdu 2.1 48-025-20Fdu 2.1 48-030-20Fdu 2.1 48-036-20Fdu 2.1 48-045-20Fdu 2.1 48-058-20Fdu 2.1 48-072-20 ... Toon alles

Inhoudsopgave