Controleer of de deuren van alle schakelkasten zijn
gesloten.
Schakel de hoofdschakelaar van de voedingstransformator in.
Schakel de hoofdscheidingsschakelaar van de
voedingsmodule in.
Schakel de hoofdscheidingsschakelaar van de
hulpstroomkring in.
Controles uitvoeren
nadat spanning is
ingeschakeld voor de
hulpstroomkringen
WAARSCHUWING! Dit gedeelte bevat instructies voor het controleren en meten van
stroomkringen die onder spanning staan. Alleen gekwalificeerde elektriciens mogen
deze werkzaamheden uitvoeren. Daarbij moet gebruik worden gemaakt van
geschikte en goedgekeurde apparatuur.
GA NIET VERDER ALS U TWIJFELT!
Controleer of de acties die zijn beschreven in het gedeelte
Spanning inschakelen voor de hulpstroomkringen zijn
voltooid.
Meet de fasespanningen met de schakelaar en de meter op
de deur van schakelkast.
Controleer de spanning van de secundaire zijde van de
hulpspanningstransformator. Schakel de beveiligings-
schakelaar aan de secundaire zijde in.
Schakel de luchtschakelaars van de hulpstroomkringen een
voor een uit. Controleer elke stroomkring als volgt:
• Meet de spanning in de klemmenstroken.
• Controleer de werking van de apparaten die zijn
aangesloten op de stroomkring.
Controleer of er een goede verbinding is tussen een externe
hulpspanningsbron, bijvoorbeeld een UPS (Ononderbreek-
bare voeding) en de hulpbesturingsunit.
Diodevoedingsunits ACA 631/633
Hoofdstuk 2 – De voedingsmodule met de DSU in bedrijf stellen
Actie
Onderstaande tabel is een controlelijst voor de inbedrijfstelling van
de voedingsmodule nadat de spanning is ingeschakeld voor de
ingangsklemmen en de hulpbesturingsunit (ACU).
Actie
Informatie
Informatie
Dit is een optionele voorziening.
Zie de schakelschema's die met
het apparaat zijn meegeleverd,
indien van toepassing.
Zie de schakelschema's die met
het apparaat zijn meegeleverd.
Opmerking: de ventilator van de
diodevoedingsunit (DSU) start
alleen nadat de spanning voor de
DSU is ingeschakeld en de DSU
in bedrijf is.
Dit is een optionele voorziening.
Zie de schakelschema's die met
het apparaat zijn meegeleverd,
indien van toepassing.
2-5