Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

3.

Aansluitingen

De beschrijving van de installatie in dit hoofdstuk voldoet
aan de EMC-normen en de Machinerichtlijn.
Als de softstarter vóór aansluiting tijdelijk wordt opgeslagen,
moet u de technische gegevens controleren voor de
omgevingscondities paragraaf 13.3, pagina 148. Als de
softstarter wordt verplaatst van een koude opslagruimte naar
de ruimte waar hij moet worden geïnstalleerd, kan er zich
condens op de eenheid vormen. Laat de softstarter volledig
acclimatiseren en wacht tot alle zichtbare condens is
verdampt voordat u de netspanning aansluit.
Kabels
Dimensioneer de netvoedings- en motorkabels volgens de
lokale voorschriften en de nominale stroom van de motor.
Het is niet nodig om afgeschermde motorkabels bij de
Emotron TSA softstarter te gebruiken. Het apparaat straalt
zeer lage emissies uit.
Er hoeven ook geen afgeschermde netvoedingskabels voor de
Emotron TSA softstarter te worden gebruikt.
Er hoeven ook geen afgeschermde besturingskabels te
worden gebruikt, behalve voor de aansluitingen van de
optieprint (zie paragraaf 3.2, pagina 14) waarvoor we het
gebruik van flexibele draad met een gevlochten afscherming
aanbevelen. .
LET OP: Voor de Emotron TSA softstarter is het niet
verplicht om afgeschermde kabels te gebruiken om aan
de EMC-voorschriften te voldoen (paragraaf 1.4, pagina
5). De enige uitzondering is bij aansluiting van de
optieprintkabels, waarvoor een aardingsklem wordt
gebruikt om de afgeschermde besturingskabels te
bevestigen (zie Afb. 9 op pagina 14).
LET OP: Gebruik voor UL-goedkeuring alleen 75 °C
koperen draad.
CG Drives & Automation 01-5980-03r0
Aansluitingen
11

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave